Wijzigingsbesluit rechtspositiebesluiten gemeente- en provinciebestuurders

Geraadpleegd op 10-11-2024.
Geldend van 17-08-2001 t/m heden

Besluit van 16 juli 2001 tot wijziging van rechtspositiebesluiten ten aanzien van de gemeente- en provinciebestuurders

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 22 mei 2001, directoraat-generaal Openbaar Bestuur, nr. BW2001/U1008;

Gelet op de artikelen 44, 66, 95 en 96 van de Gemeentewet en de artikelen 43, 65 en 93 van de Provinciewet;

De Raad van State gehoord (advies van 21 juni 2001, No W04.01.0255/I);

Gezien het nader rapport van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, van 5 juli 2001, nr. BW2001/U75794, directoraat-generaal Openbaar Bestuur;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Artikel VII

  • 1 Degene die in de periode van 1 januari 1998 tot 25 maart 2000 het ambt heeft bekleed van gedeputeerde of wethouder kan voor elk van de jaren 1998, 1999 en 2000, waarover hij premie heeft betaald voor de Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen, verzoeken om een tegemoetkoming waarvan de hoogte wordt berekend op de wijze als aangegeven in de volgende leden.

  • 2 De hoogte van de tegemoetkoming wordt voor elk van de jaren 1998 en 1999 berekend door het bedrag van de in het betreffende jaar genoten bezoldiging als gedeputeerde dan wel wethouder vermeerderd met de daarover berekende vakantie-uitkering en eindejaarsuitkering, doch in totaal niet meer dan f 84 000, te verminderen met f 29 000, en vervolgens te vermenigvuldigen met het in het betreffende jaar geldende percentage voor de premie voor de Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen. De tegemoetkoming bedraagt echter niet meer dan de betaalde premie.

  • 3 De hoogte van de tegemoetkoming voor het jaar 2000 wordt berekend door het bedrag van de in dat jaar tot 25 maart 2000 in het betreffende ambt genoten bezoldiging vermeerderd met de daarover berekende vakantie-uitkering en eindejaarsuitkering, doch in totaal niet meer dan f 84 000, te verminderen met f 29 000 en vervolgens te vermenigvuldigen met het in dat jaar geldende percentage voor de premie voor de Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen. De tegemoetkoming bedraagt echter niet meer dan de betaalde premie.

  • 4 Indien voor een betrokkene in een of meer van de jaren 1998, 1999 en 2000 ook andere inkomensbestanddelen tot het premie-inkomen zijn gerekend, wordt het in de vorige leden genoemde bedrag van f 29 000 voor het betreffende jaar op zijn verzoek vermenigvuldigd met een factor waarvan de teller het premie-inkomen als gedeputeerde dan wel wethouder is en de noemer het totale premie-inkomen.

Artikel VIII

Indien na 1 januari 2002 uitvoering wordt gegeven aan artikel VII, wordt het bedrag van de tegemoetkoming berekend overeenkomstig de tekst van dat artikel en vervolgens omgezet in Euro.

Artikel IX

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin zij wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 januari 2001.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

Tavarnelle, 16 juli 2001

Beatrix

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties a.i.,

W. Kok

Uitgegeven de zestiende augustus 2001

De Minister van Justitie,

A. H. Korthals