Wet van 18 april 2002 tot wijziging van de Tabakswet
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het ter ontmoediging van het roken, vooral
onder minderjarigen, en ter bescherming van de niet-roker noodzakelijk is de Tabakswet aan te scherpen, alsmede dat het wenselijk is om overtredingen van bepaalde voorschriften
bij of krachtens die wet gesteld, niet alleen op strafrechtelijke wijze maar tevens op bestuursrechtelijke
wijze te kunnen afdoen;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal,
hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze: