Sinds november 2000 kan personeel, onder handhaving van de normjaartaak van 1659 uur,
op vrijwillige basis per schooljaar de keuze maken om 1710, respectievelijk 1790 uur
te werken bij een normbetrekking. De werknemer krijgt met ingang van 1 januari 2004
de mogelijkheid om, met inachtneming van de Wet Aanpassing Arbeidsduur meer dan de normjaartaak te gaan werken waarmee extra pensioentijd kan worden opgebouwd.
Partijen zijn namelijk overkomen om vanaf genoemde datum deze werkzaamheden pensioengevend
te maken door de deeltijdfactor volgens artikel 1.2 van het Pensioenreglement groter
te laten zijn dan 1 voor zowel het PO en het VO. Onder deze werkzaamheden vallen ook
de vervangingswerkzaamheden.
Volgens de voorschriften van het ABP kan de uitkomst van de deeltijdfactor echter
nooit groter zijn dan 1,25. Voor de sector PO blijft echter het bepaalde op grond
van artikel I-P3, vijfde lid van toepassing, hetgeen inhoudt dat de betrekking of
de betrekking de omvang van 120% van de normbetrekking niet te boven mag gaan.
Het verhaal van de premies op de werknemer voor het ouderdoms- en nabestaande pensioen
(OP/NP), de Algemene nabestaandenwet (ANW), de Flexibel Pensioen en Uittreden (FPU) en het Invaliditeitspensioen (IP)
vindt plaats volgens de bestaande afspraken.
Voorbeeld:
Betrokkene is aangesteld in normbetrekking:
|
werktijdfactor 1
|
Het salaris bedraagt bij normbetrekking:
|
2500
|
Jaarinkomen:
|
32500
|
Premiepercentage werknemer:
|
4,10
|
Franchise:
|
15250
|
Betrokkene vervangt over een periode van een aantal maanden een aantal uren en krijgt
hiervoor bezoldigd 250 euro per maand.
Premieverhaal OP/NP per maand zonder vervanging:
Deeltijdfactor (DF): 2500/2500 = 1
Premie op maandbasis:
((32500 - 15250) : 12) X 4,10% x DF 1 = 58,94
Premieverhaal OP/NP per maand met vervanging:
Deeltijdfactor (DF): 2750/2500 = 1,1
Premie op maandbasis:
((32500 - 15250) : 12) X 4,10% x DF 1,1 = 64,83
Ik verzoek u het personeel in dienst van uw instelling van deze publicatie op de hoogte
te stellen.