In aanvulling op de reeds bestaande rechten en plichten van werkgevers en werknemers
op het gebied van arbeid en gezondheid, zoals vastgelegd in met name het ARAR en de Wet verbetering poortwachter, zijn specifieke nadere afspraken gemaakt over reïntegratie gedurende de eerste twee
jaar van ziekte.
In het ARAR was al een aantal instrumenten neergelegd om te komen tot de reïntegratie van de
zieke ambtenaar waardoor instroom in de WAO kan worden voorkomen.
Het betreft:
-
a. de mogelijkheid de zieke ambtenaar te plaatsen in een andere functie (waarbij het
in aansluiting op de vigerende sociale verzekeringswetgeving moet gaan om ‘passende
arbeid’);
-
b. het gaan gelden van een lagere salarisschaal indien voor de functie, waarin de zieke
ambtenaar wordt geplaatst, een salarisschaal geldt met een lager maximumsalaris;
-
c. het toekennen van een salarissuppletie in die gevallen dat een lagere salarisschaal
wordt toegekend.
Om te bereiken dat deze mogelijkheden optimaal worden benut zijn de volgende aanvullende
afspraken gemaakt:
-
a. het bevoegd gezag is verplicht de zieke ambtenaar te plaatsen in een andere bestaande
of te creëren functie indien deze naar het oordeel van de bedrijfsarts weer in staat
is om geheel of gedeeltelijk te werken maar niet kan terugkeren in de eigen functie;
-
b. ter nadere invulling van het begrip ‘passende arbeid’ geldt dat de voor de andere
functie geldende salarisschaal in beginsel niet meer dan twee schalen lager is dan
de salarisschaal die geldt voor de ambtenaar; bij wijziging van de mate van arbeidsongeschiktheid
van de ambtenaar wordt daarbij passende arbeid aangeboden;
-
c. bedoelde ambtenaar heeft, net als de herplaatsingskandidaat bij reorganisaties, een
voorrangspositie bij het vervullen van vacatures bij de sector Rijk.
Uitgangspunt is dat het moet gaan om een duurzame reïntegratie in een andere functie,
waarbij in eerste instantie gezocht dient te worden naar werkzaamheden binnen de sector
Rijk. Indien daarbij door de ambtenaar en het bevoegd gezag gezamenlijk is vastgesteld
dat daartoe geen mogelijkheden bestaan, neemt het bevoegd gezag het initiatief om,
samen met de ambtenaar, te zoeken naar duurzame reïntegratiemogelijkheden buiten de
sector Rijk. Hierbij richten de inspanningen zich in ieder geval op reïntegratie binnen
één van de andere overheidssectoren. Het spreekt vanzelf dat genoemde inspanningen
zowel voor het bevoegd gezag als de ambtenaar niet vrijblijvend zijn.
Om te komen tot een optimale reïntegratie kan de ambtenaar een beroep doen op alle
voor herplaatsingskandidaten ter beschikking staande instrumenten. De ambtenaar heeft
daarbij o.a. recht op toegang tot mobiliteitscentra en opleidings- en stagemogelijkheden.
Waar nodig kan daarnaast gebruik worden gemaakt van de verschillende disciplines die
bestaan in het kader van arbeidsmarkttoeleiding (arbeidsdeskundigheid, assesment centers
enz.).
De ambtenaar is verplicht medewerking te verlenen aan reïntegratie-activiteiten en
tot het aanvaarden van een andere functie. De ambtenaar kan uiteraard ook zelf initiatieven
nemen en deze vervolgens aan het bevoegd gezag voorleggen. Indien de ambtenaar ontevreden
is over de door het bevoegd gezag geleverde of voorgestelde reïntegratie-activiteiten
is het reguliere bezwaar- en beroepsproces van toepassing. De secretaris-generaal
is vanzelfsprekend verantwoordelijk voor de zorgvuldige uitvoering van dit proces.
Binnen de sector Rijk zal voldoende (financiële en organisatorische) ruimte worden
gerealiseerd voor het zoeken danwel het creëren van functies, waarin de zieke ambtenaren
kunnen worden geplaatst. Op departementaal niveau vindt monitoring plaats betreffende
de reïntegratieresultaten.
Voorafgaande aan de plaatsing in een andere functie is het bevoegd gezag verplicht
om de ambtenaar werk aan te bieden voor het deel dat deze door de bedrijfsarts arbeidsgeschikt
is verklaard. Daarbij moet het gaan om loonvormende arbeid, dat wil zeggen arbeid
die erop gericht is om productie te leveren.
Het is aan het bevoegd gezag om, samen met de ambtenaar en in overleg met de bedrijfsarts,
invulling te geven aan het precieze karakter van de werkzaamheden. Naast reguliere
werkzaamheden (‘productieve arbeid’) kan hier ook sprake zijn van activiteiten op
het gebied van scholing, opleiding en stages. Met andere woorden: net als voor ambtenaren
die niet ziek zijn zullen voor zieke ambtenaren alle reguliere instrumenten die bestaan
ten behoeve van (duurzame) employability beschikbaar zijn.
Indien de ambtenaar bereid is de hier bedoelde arbeid te verrichten, krijgt hij voor
de gewerkte uren zijn salaris voor 100% doorbetaald (ook indien de ambtenaar langer
dan een jaar ziek is).
Indien de ambtenaar na twee jaar nog niet is geplaatst in een andere functie wordt
door het bevoegd gezag beoordeeld of verdere reïntegratie-activiteiten zullen leiden
tot plaatsing van de ambtenaar in een andere functie. Hierbij wordt de opvatting van
de ambtenaar betrokken. Als de ambtenaar beschikt over voldoende restcapaciteit en
zich actief opstelt in het reïntegratietraject, zal van de mogelijkheid hem ontslag
te verlenen op grond van ongeschiktheid wegens ziekte worden afgezien. In dat geval
wordt de uitvoering van reïntegratie-activiteiten voortgezet.