Regeling veiling benzinestations langs rijkswegen

Geraadpleegd op 11-11-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 01-01-2012.
Geldend van 01-01-2012 t/m heden

Regeling van de Minister van Financiën van 20 juli 2005 inzake de vanwege de Staat uit te schrijven veiling van benzinestations langs rijkswegen (Regeling veiling benzinestations langs rijkswegen)

§ 1. Definities

Artikel 1

In deze regeling wordt verstaan onder:

§ 2. Algemene bepalingen over de veiling

Artikel 3. Veilingsystematiek

Indien meer dan één huurrecht wordt geveild worden de huurrechten elk afzonderlijk en opeenvolgend geveild. De deelnemers zijn gerechtigd per huurrecht één bod in een gesloten envelop uit te brengen.

Artikel 4. De veilingmeester

  • 1 De directeur Domeinen wijst een veilingmeester aan.

  • 2 De veilingmeester leidt de veiling en draagt zorg voor een goed verloop van de veiling.

  • 3 De veilingmeester beschikt, onverminderd de bevoegdheden genoemd in de paragrafen 3 en 4, over de bevoegdheden die noodzakelijk zijn voor een goede uitvoering van zijn taak.

  • 4 De veilingmeester handelt bij de uitoefening van zijn taak in overeenstemming met aanwijzingen van de directeur Domeinen.

Artikel 5. De notaris

  • 1 De directeur Domeinen wijst een notaris aan.

  • 2 De notaris beschikt over de bevoegdheden genoemd in paragraaf 3 en ziet toe op een ordelijk verloop van de veiling.

Artikel 6. Communicatie met de veilingmeester

  • 1 De deelnemers kunnen op de dag van de veiling tot één uur voor aanvang van de eerste veiling aan de veilingmeester uitsluitend schriftelijk, door tussenkomst van de notaris vragen stellen met betrekking tot de veilingprocedure. De antwoorden worden schriftelijk vóór de aanvang van de eerste veiling op de desbetreffende veilingdag aan alle deelnemers bekend gemaakt.

  • 2 De overige aankondigingen en mededelingen van de veilingmeester en de notaris zullen op de veilingdag mondeling geschieden.

§ 3. De Veilingprocedure

Artikel 7. Plaats en tijdstip veiling

  • 1 De directeur Domeinen bepaalt de plaats van de veiling alsmede het tijdstip waarop de veiling een aanvang neemt.

  • 2 De veiling wordt uitsluitend op werkdagen gehouden.

Artikel 8. Loting

  • 1 De volgorde waarin de huurrechten worden geveild, wordt door loting bepaald.

  • 2 De loting wordt uitgevoerd door de notaris.

  • 3 De loting vindt plaats veertien dagen voorafgaand aan de dag van de veiling.

  • 4 De resultaten van de loting worden door de notaris vastgesteld en door de veilingmeester bekendgemaakt. Van de loting wordt een notarieel proces-verbaal opgemaakt.

  • 5 De deelnemers worden in staat gesteld bij de loting aanwezig te zijn.

Artikel 9. Onderwerp en aanvang veilingen

De veilingmeester stelt steeds voorafgaand aan iedere veiling van een huurrecht vast:

  • a. welk huurrecht wordt geveild;

  • b. vanaf welk tijdstip de biedkaarten als bedoeld in artikel 10 kunnen worden ingeleverd;

  • c. op welk tijdstip de biedkaarten uiterlijk moeten zijn ingeleverd.

Artikel 10. Biedkaart

  • 1 Nadat de directeur Domeinen heeft beslist dat een aanvrager wordt toegelaten tot de veiling, wordt de aanvrager daarvan schriftelijk door hem in kennis gesteld en ontvangt hij voor elk te veilen huurrecht een op naam van de aanvrager gestelde biedkaart en een envelop, benodigd om de biedkaart tijdens de veiling bij de notaris in te leveren.

  • 2 Een bod wordt uitgebracht door middel van een biedkaart.

  • 3 De biedkaart wordt in de Nederlandse taal ingevuld.

  • 4 Een bod wordt uitgebracht in hele euro’s. Het bedrag wordt zowel in cijfers als in letters geschreven.

Artikel 11. Wijze indienen bod

Een bod wordt uitgebracht door middel van een ingevulde biedkaart die:

  • a. is ondertekend door een deelnemer die gerechtigd is een bod uit te brengen dan wel is ondertekend door degene die gerechtigd is om namens de deelnemer handelingen te verrichten in de veilingprocedure;

  • b. niet eerder dan het in artikel 9, onder b en niet later dan het in artikel 9, onder c bedoelde tijdstip in de veilingzaal in een gesloten envelop aan de notaris wordt aangeboden;

  • c. wordt ingeleverd door een deelnemer die gerechtigd is een bod uit te brengen dan wel wordt ingeleverd door degene die gerechtigd is om namens de deelnemer handelingen te verrichten in de veilingprocedure.

Artikel 12. Onvoorwaardelijk en onherroepelijk bod

Het bod van de deelnemer is onvoorwaardelijk en onherroepelijk.

Artikel 13. Vereisten geldig bod

  • 1 De notaris beslist omtrent de geldigheid van een uitgebracht bod.

Artikel 14. Ongeldig bod

  • 1 De deelnemer die een ongeldig bod als bedoeld in artikel 13, tweede lid, heeft uitgebracht, wordt hiervan afzonderlijk door de notaris op de hoogte gesteld.

  • 2 Indien een deelnemer op grond van de artikelen 17 of 18 van verdere deelname van de veiling is uitgesloten, deelt de notaris aan alle deelnemers de identiteit van de uitgesloten deelnemer mee.

Artikel 15. Gevolgen twee of meer deelnemers met hoogste bod

Indien twee of meer deelnemers hetzelfde hoogste bedrag voor een huurrecht hebben geboden, stelt de veilingmeester op grond van een door de notaris te houden loting vast wie van de deelnemers wordt aangemerkt als degene die het hoogste bod heeft uitgebracht.

Artikel 16. Einde veiling

  • 1 De veiling van een huurrecht eindigt op het moment waarop de veilingmeester het hoogste bod heeft vastgesteld of heeft vastgesteld dat er geen of geen geldig bod is uitgebracht.

  • 2 De veilingmeester maakt, door tussenkomst van de notaris, zo spoedig mogelijk en in ieder geval voor de aanvang van de volgende veiling van een huurrecht aan de deelnemers bekend de hoogte van dit bod alsmede door welke deelnemer dit bod is uitgebracht of dat geen of geen geldig bod is uitgebracht.

  • 3 In het geval dat het topdeel als bedoeld in artikel 24, lid 1, van toepassing is, wordt tevens het op één na hoogste bod bekend gemaakt.

  • 4 Als er geen of geen geldig bod is uitgebracht kan de directeur Domeinen – na overleg met de deelnemer wiens huurrecht wordt geveild – besluiten dat het huurrecht opnieuw wordt geveild.

  • 5 Van de veiling wordt een notarieel proces-verbaal opgemaakt.

§ 4. Gedrag voorafgaand en tijdens de veiling en gevolgen van onregelmatigheden

Artikel 17. Verbod mededingingsbeperkende afspraken en -gedragingen

  • 1 Een deelnemer is verplicht zich voorafgaand aan en gedurende de veilingprocedure te onthouden van afspraken of gedragingen die ertoe strekken of ten gevolge hebben dat de mededinging in de veilingprocedure wordt verhinderd, beperkt of vervalst.

  • 2 Onder de in het vorige lid genoemde afspraken of gedragingen vallen in ieder geval:

    • a. het aan deelnemers bekendmaken van vertrouwelijke informatie als bedoeld in artikel 19;

    • b. gedragingen als bedoeld in artikel 20;

    • c. het afstemmen van het gedrag voorafgaand aan of gedurende de veilingprocedure met één of meer deelnemers.

  • 3 De veilingmeester kan een deelnemer die handelt in strijd met het eerste lid van verdere deelname aan de veiling uitsluiten. De directeur Domeinen kan bepalen dat de uitsluiting ook geldt voor toekomstige veilingen op diezelfde dag of meerdere jaren.

Artikel 18. Verstoring goed of ordelijk verloop van de veiling

  • 1 Een deelnemer is verplicht zich gedurende de veiling te onthouden van gedragingen die het goed of ordelijk verloop van de veiling verstoren.

  • 2 De veilingmeester kan een deelnemer die handelt in strijd met het eerste lid van verdere deelname aan de veiling uitsluiten. De directeur Domeinen kan bepalen dat de uitsluiting ook geldt voor toekomstige veilingen op diezelfde dag of meerdere jaren.

  • 3 Een deelnemer wordt niet uitgesloten dan nadat de veilingmeester de desbetreffende deelnemer ten minste eenmaal heeft medegedeeld dat verdere met het eerste lid in strijd zijnde gedragingen kunnen leiden tot uitsluiting van verdere deelname aan de veiling.

Artikel 19. Vertrouwelijkheid

Een deelnemer, inbegrepen diegenen die een deelnemer ten behoeve van de veiling bijstaan, mag informatie waarover hij beschikt met betrekking tot de voorgenomen strategie en het biedgedrag gedurende de veiling, waaronder de huurrechten die de deelnemer wenst te verwerven en het bedrag dat beschikbaar is voor het verwerven van huurrechten, niet aan andere deelnemers of derden bekend maken.

Artikel 20

Een deelnemer is verplicht zich te onthouden van gedragingen die zijn gericht op het direct of indirect verkrijgen van de in artikel 19 bedoelde informatie van andere deelnemers.

Artikel 21. Gevolgen voor bod bij uitsluiting

  • 1 Een bod van een deelnemer die op grond van de artikelen 17 of 18 van verdere deelname aan de veiling is uitgesloten is ongeldig, ook indien een bod is uitgebracht voor de uitsluiting.

  • 2 Indien een deelnemer het hoogste bod op een huurrecht heeft uitgebracht en vervolgens wordt uitgesloten van de veiling, stelt de veilingmeester opnieuw vast welke deelnemer het hoogste bod op dat huurrecht heeft uitgebracht. Deze deelnemer krijgt het huurrecht aangeboden. Als deze deelnemer dit aanbod niet aanvaardt, wordt het huurrecht, met inachtneming van paragraaf 3, opnieuw geveild.

Artikel 22. Noodrem

De veilingmeester heeft te allen tijde de bevoegdheid om de veiling stil te leggen als hij dit noodzakelijk acht.

§ 5. Betaling

Artikel 23. Betaling verschuldigde bedrag

  • 1 Binnen drie werkdagen na de dag van de veiling moet door de deelnemer die het hoogste bod op een huurrecht heeft uitgebracht, een waarborgsom zijn gestort ter grootte van 15 procent van het bedrag van dit bod dan wel ter grootte van 15 procent van het topdeel. Over deze waarborgsom wordt door de directeur Domeinen geen rente vergoed. Deze waarborgsom zal in mindering strekken van het door de deelnemer verschuldigde bedrag van zijn bod dan wel het topdeel.

  • 2 In afwijking van het eerste lid, kan de deelnemer in plaats van het storten van een waarborgsom, binnen drie werkdagen na de dag van de veiling een schriftelijke bankgarantie doen stellen ter grootte van het in eerste lid van dit artikel vermelde percentage van het bedrag van zijn bod dan wel het topdeel, mits deze bankgarantie

    • a. onvoorwaardelijk is;

    • b. voortduurt tot en met ten minste de dag waarop de deelnemer het hoogste bod dan wel het topdeel volledig heeft voldaan;

    • c. is afgegeven door een bank die op grond van de Wet op het financieel toezicht is toegelaten tot het uitoefenen van het bedrijf van bank, en

    • d. de clausule bevat dat deze bankinstelling op eerste verzoek van de directeur Domeinen het bedrag van de garantie aan de Staat zal uitkeren.

  • 3 Binnen veertien kalenderdagen na de dag van de veiling moet door de deelnemer die hoogste bod op een huurrecht heeft uitgebracht, het door hem verschuldigde bedrag van dit bod dan wel het topdeel zijn betaald op bankrekeningnummer 19 23 24 810 bij de RABO-bank te Leiden ten name van de Regionale directie Domeinen West te Leiden.

Artikel 24. Topdeel/Voorkomen onevenredige bevoordeling zittende partij

  • 1 In geval de deelnemer wiens huurrecht wordt geveild het hoogste bod heeft uitgebracht op dit huurrecht, is deze, in plaats van het hoogste bod het verschil tussen dit bod en het op één na hoogste bod verschuldigd, met dien verstande dat deze deelnemer nimmer meer verschuldigd is dan 30 procent van zijn bod. Het door hem verschuldigde bedrag moet binnen 14 kalenderdagen volgend op de dag van de veiling worden betaald op het in artikel 23, lid 3 genoemde bankrekeningnummer.

  • 2 In geval de deelnemer wiens huurrecht wordt geveild als enige een geldig bod heeft uitgebracht, is deze, in afwijking van het eerste lid en in afwijking van artikel 23, geen bedrag verschuldigd.

§ 6. Gevolgen niet gestand doen van een bod

Artikel 25. Niet gestand doen van het bod

  • 1 Indien een deelnemer die het hoogste bod op een huurrecht heeft uitgebracht, zijn betalingsverplichting niet, niet geheel of niet tijdig is nagekomen, maakt de directeur Domeinen, behoudens bijzondere omstandigheden, binnen drie weken na de dag van de veiling bekend dat het desbetreffende huurrecht opnieuw wordt geveild.

  • 2 Een deelnemer die op grond van de artikelen 17 of 18 van verdere deelname aan de veiling is uitgesloten en de deelnemer, bedoeld in het eerste lid, zijn uitgesloten van deelname aan de veiling waarbij een of meer huurrechten opnieuw worden geveild.

  • 3 Met inachtneming van het eerste en tweede lid, zijn slechts de deelnemers die bij de aanvang van de veiling gerechtigd waren een bod uit te brengen, gerechtigd om deel te nemen aan de veiling als bedoeld in het eerste lid.

  • 4 De directeur Domeinen maakt, uiterlijk twee weken nadat op grond van het eerste lid is vastgesteld dat een huurrecht opnieuw wordt geveild, de plaats van deze veiling alsmede het tijdstip waarop deze veiling een aanvang neemt bekend.

§ 7. Voorwaarden voor het kunnen uitoefenen van het huurrecht na de veiling

Artikel 26. Aangaan van overeenkomst, verlenen van vergunning, onderliggende rechtsrelaties

  • 1 De directeur Domeinen verleent aan de deelnemer die het hoogste bod op een huurrecht heeft uitgebracht, het huurrecht nadat de verschuldigde bedragen zijn voldaan. Daartoe sluit de directeur Domeinen een huurovereenkomst. Deze huurovereenkomst kan worden vervangen door een erfpachtovereenkomst in geval gebruik wordt gemaakte van de in artikel 3, zevende lid, van de Wet, bedoelde mogelijkheid.

  • 2 Onverminderd het hierna in dit artikel bepaalde gaat de huurovereenkomst dan wel erfpachtovereenkomst in op het in het biedboek aangegeven tijdstip.

  • 3 Onverminderd het hierna in dit artikel bepaalde gaat de huurovereenkomst dan wel erfpachtovereenkomst met betrekking tot een locatie als bedoeld in artikel 7, eerste lid, van de Wet,in drie maanden na de dag van de veiling, tenzij de wederpartij van de Staat als bedoeld in artikel 6, eerste lid, onder b, van de Wet, en de deelnemer die het hoogste bod op het huurrecht heeft uitgebracht in onderling overleg een eerdere aanvangsdatum overeenkomen.

  • 4 Indien binnen drie maanden na de dag van de veiling niet aan het bepaalde in de voorgaande leden van dit artikel is voldaan, kan de directeur Domeinen besluiten dat het huurrecht opnieuw wordt geveild.

§ 8. Slotbepaling

Artikel 27

Met schriftelijke instemming van de Minister van Financiën kan de directeur Domeinen in bijzondere gevallen van deze regeling afwijken.

Artikel 29

Deze regeling wordt aangehaald als Regeling veiling benzinestations langs rijkswegen.

Deze regeling zal (met de toelichting) in de Staatscourant worden geplaatst.

De

Minister

van Financiën,

G. Zalm