Artikel 2
[Regeling vervallen per 01-01-2012]
De inspecteur-generaal van de Voedsel en Waren Autoriteit, de directeur, en de plaatsvervangend
directeur Dienst Uitvoering van de Voedsel en Waren Autoriteit wordt mandaat verleend
om namens de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit te besluiten en stukken
te ondertekenen betreffende:
-
a.
[Red: vervallen;]
-
b.
[Red: vervallen;]
-
c. ontheffingen op grond van artikel 107 van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren van verboden van de Regeling veterinairrechtelijke voorschriften handel dierlijke
producten;
-
d. besluiten die op grond van communautaire maatregelen, genoemd in artikel 1.1.1 van de Regeling veterinairrechtelijke voorschriften handel dierlijke
producten door de bevoegde autoriteit worden genomen, voor zover dit besluiten zijn inzake
het verlenen, schorsen of intrekken van erkenningen, vergunningen, of registraties;
-
e. besluiten die op grond van communautaire uitvoeringsmaatregelen als bedoeld in artikel 1.1.2, onderdeel b, van de Regeling veterinairrechtelijke voorschriften handel
dierlijke producten door de bevoegde autoriteit worden genomen, voor zover dit besluiten zijn inzake
het verlenen, schorsen of intrekken van erkenningen, vergunningen, of registraties;
-
f. het verlenen van vergunningen, bedoeld in artikel 2.1.1.5, eerste lid, van de Regeling veterinairrechtelijke voorschriften handel
dierlijke producten;
-
g. de erkenning, bedoeld in artikel 2.1.1.5, tweede lid, onderdeel c, onder 1o, van de Regeling veterinairrechtelijke voorschriften handel dierlijke producten, alsmede de schorsing en intrekking daarvan;
-
h. het verlenen van vergunningen, bedoeld in artikel 2.4.1.2, eerste lid, onderdeel b, van de Regeling veterinairrechtelijke voorschriften
handel dierlijke producten;
-
i. het verlenen van vergunningen, bedoeld in artikel 2.4.2.6, eerste lid, van de Regeling veterinairrechtelijke voorschriften handel
dierlijke producten;
-
j. de registratie, bedoeld in artikel 3.1.2, eerste lid, van de Regeling veterinairrechtelijke voorschriften handel
dierlijke producten, alsmede het doorhalen ervan;
-
k. het verlenen van toestemming, bedoeld in artikel 3.2.3.1, onderdeel a, van de Regeling veterinairrechtelijke voorschriften
handel dierlijke producten;
-
l. het verlenen van toestemming, bedoeld in artikel 3.2.3.2, eerste lid, onderdeel a, van de Regeling veterinairrechtelijke voorschriften
handel dierlijke producten;
-
m. de erkenning, bedoeld in artikel 3.2.4.2, eerste lid, van de Regeling veterinairrechtelijke voorschriften handel
dierlijke producten;
-
n.
[Red: vervallen;]
-
o. besluiten inzake de registratie en erkenning van entrepots, bedoeld in artikel 2.50d, van de Regeling handel levende dieren en levende producten;
-
p. het belasten, bedoeld in artikel 6.1, van de Regeling handel levende dieren en levende producten van dierenartsen van pluimveebedrijven met het uitvoeren van een aantal taken die
voortvloeien uit richtlijn nr. 2009/158/EG van de Raad van de Europese Unie van 30 november
2009 tot vaststelling van veterinairrechtelijke voorschriften voor het intracommunautaire
handelsverkeer en de invoer uit derde landen van pluimvee en broedeieren (PbEU L 343);
-
q. het besluit, bedoeld in de artikelen 8.5f, eerste lid, en 8.5g, van de Regeling handel levende dieren en levende producten;
-
r. de erkenning van handelaren, bedoeld in de artikelen 3.15, 4.10 en 7.9, van de Regeling handel levende dieren en levende producten;
-
s. het registreren en doorhalen dan wel niet-erkennen van registraties van handelaren
als bedoeld in artikel 2.62 van de Regeling handel levende dieren en levende producten;
-
t. de erkenning en intrekking van de erkenning van verzamelcentra, bedoeld in artikel 2.63, van de Regeling handel levende dieren en levende producten;
-
u. de erkenning en intrekking van de erkenning, bedoeld in de artikelen 6.8, 8.6, 8.6a, 9.10, 9.11, 10.7, 10.9, 10.10 en 10.11, van de Regeling handel levende dieren en levende producten;
-
v. besluiten die op grond van communautaire vrijwaringsmaatregel als bedoeld in artikel 11A.1 van de Regeling handel levende dieren en levende producten door de bevoegde autoriteit worden genomen, voor zover dit besluiten zijn inzake
het verlenen, schorsen of intrekken van erkenningen, vergunningen, of registraties;
-
w. het registreren en doorhalen dan wel niet-erkennen van registraties van handelszaken,
bedoeld in artikel 8.7, van de Regeling handel levende dieren en levende producten;
-
x. het registreren en doorhalen dan wel niet-erkennen van registraties, bedoeld in artikel 9.1.4, van de Regeling aquacultuur;
-
y. het verlenen, schorsen of intrekken van erkenningen van laboratoria, bedoeld in de
artikelen 3 en 17 van de Regeling erkenning en aanwijzing veterinaire laboratoria;
-
z. besluiten tot gelijkstelling, alsmede het schorsen of intrekken van besluiten tot
gelijkstelling, bedoeld in de artikelen 4 en 18 van de Regeling erkenning en aanwijzing veterinaire laboratoria;
-
aa. besluiten inzake varkensspermawincentra en runderspermawincentra als bedoeld in de
artikelen 3 en 9 van het Besluit eisen dierlijke sperma en spermawincentra;
-
bb.
[Red: vervallen;]
-
cc. de erkenning, bedoeld in artikel 7 van de Regeling Vleeskeuring;
-
dd. besluiten die op grond van artikel 4, eerste lid, van de Regeling Vleeskeuring, door de bevoegde autoriteit worden genomen, voor zover dit besluiten zijn inzake
het verlenen van erkenningen;
-
ee.
[Red: vervallen;]
-
ff. de ontheffing op grond van artikel 107 van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren van het verbod, bedoeld in artikel 2.1, eerste en tweede lid, van de Regeling handel levende dieren en levende
producten en in artikel 77, eerste lid, van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren, voor het zonder handelsoogmerk buiten en in Nederland brengen van andere gezelschapsdieren
dan katten en honden, die worden begeleid door een natuurlijke persoon die voor de
dieren verantwoordelijk is;
-
gg. de ontheffing op grond van artikel 107 van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren van het verbod op de invoer van entstoffen, bedoeld in artikel 2.1, van de Regeling handel levende dieren en levende producten;
-
hh. de tegemoetkoming, bedoeld in artikel 86, van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren;
-
ii. de besluiten inzake de artikelen 21, eerste en vierde lid, 25, 26, eerste lid, 29, 56 en 58 van de Regeling preventie, bestrijding en monitoring van besmettelijke dierziekten
en zoönosen en TSE’s , alsmede ontheffing op grond van artikel 107 van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren van deze artikelen;
-
jj.
[Red: vervallen;]
-
kk. besluiten om in plaats van de last onder bestuursdwang van artikel 106 van de Gezondeheids- en welzijnswet voor dieren op te leggen, een last onder dwangsom als bedoeld in artikel 5:32 van de Algemene wet bestuursrecht op te leggen;
-
ll.
[Red: vervallen;]
-
mm.
[Red: vervallen;]
-
nn.
[Red: vervallen;]
-
oo.
[Red: vervallen;]
-
pp.
[Red: vervallen;]
-
qq. de registratie, bedoeld in artikel 6b, van het Besluit bescherming tegen bepaalde zoönosen en bestrijding besmettelijke
dierziekten;
-
rr. besluiten inzake de Regeling controleposten;
-
ss.
[Red: vervallen;]
-
tt.
[Red: vervallen;]
-
uu.
[Red: vervallen;]
-
vv. de erkenning en intrekking van erkenning, bedoeld in de artikelen 9.10a, eerste, tweede en vierde lid, 9.10b, derde lid, 9.10c, derde, vierde en zesde lid, van de Regeling handel levende dieren en levende
producten;
-
ww. het verlenen van toestemmingen, bedoeld in de artikelen 4, tweede lid, artikel 11, tweede lid en artikel 20, tweede lid, van de Tijdelijke vrijstellingsregeling vaccinatie hobbypluimvee
en biologische legkippen en legkippen met vrije uitloop;
-
xx. besluiten inzake de erkenning van paspoorten als bedoeld in artikel 8.14 van de Regeling handel levende dieren en levende dierlijke producten;
-
yy. besluiten op grond van artikel 106 van de Regeling preventie, bestrijding en monitoring van besmettelijke
dierziekten en zoönosen en TSE’s;
-
zz. besluiten die op grond van communautaire uitvoeringsmaatregelen als bedoeld in artikel 1.1, eerste lid, van de Regeling handel levende dieren en levende dierlijke
producten door de bevoegde autoriteit worden genomen, voor zover dit besluiten zijn inzake
het verlenen, schorsen of intrekken van erkenningen, vergunningen, of registraties;
-
aaa. het registreren van een bedrijf, dan wel het verlenen, schorsen, intrekken of beëindigen
van een schorsing van een vergunning, bedoeld in de artikelen 2.1.1, tweede lid, 2.1.2, eerste lid, 2.1.3, 2.1.7 van de Regeling aquacultuur;
-
bbb. het bijhouden van een register, bedoeld in artikel 2.2.1, eerste lid, van de Regeling aquacultuur;
-
ccc. besluiten als bedoeld in artikel 3.1.1, eerste lid, van de Regeling aquacultuur;
-
ddd. het verlenen van toestemming, bedoeld in artikel 5.6.1, van de Regeling aquacultuur.