In het ontwerp-Reparatiebesluit was onder meer voorzien in een wijziging van de voorschriften
betreffende de opslag van hout, zoals neergelegd in het Besluit bouw- en houtbedrijven milieubeheer (artikelen 1.6.13 en 2.1.3) en het Besluit opslag- en transportbedrijven milieubeheer (artikel 1.6.11). Naar aanleiding van de voorgestelde wijziging van die voorschriften heeft nader
overleg plaatsgehad met de bij houtopslag betrokken brancheorganisaties, de Nederlandse
Emballage- en Palletindustrie Vereniging (EPV), de Vereniging van Nederlandse houtondernemingen
(VVNH) en VNO-NCW. Dat overleg heeft geleid tot een aangepaste regeling. Kortheidshalve
verwijs ik naar die aangepaste regeling die als bijlage bij deze circulaire is gevoegd.
Ik verzoek u om bij de beoordeling of een inrichting die hout in de buitenlucht opslaat,
voorlopig van deze regeling uit te gaan. Voorlopig, omdat de regeling voor de buitenopslag
van hout in het kader van de modernisering van de VROM-regelgeving met de inwerkingtreding
van het op grond van de Woningwet te nemen Gebruiksbesluit onderdeel zal uitmaken van dat besluit en niet langer van
de algemene regels die op grond van de Wet milieubeheer worden gegeven. Hout en andere producten, zoals kunststof kozijnen en autobanden,
zijn aan te merken als niet-gevaarlijke stoffen. De milieuwetgeving is in beginsel
bedoeld om regels te stellen voor gevaarlijke stoffen. Met deze duidelijke scheiding
wordt beoogd te voorkomen dat dubbele en wellicht tegenstrijdige regelgeving ontstaat.
Bijgaande regeling heft de knelpunten in de huidige voorschriften voor houtopslag
op en biedt voor zowel u als het betrokken bedrijfsleven duidelijkheid.
Omdat voor de binnenopslag van hout (opslag in een gebouw) ook voorschriften gelden
op grond van de gemeentelijke bouwverordening, voortvloeiende uit artikel 8 van de Woningwet, was ter voorkoming van dubbele en/of tegenstrijdige regels in het ontwerp-Reparatiebesluit
voorzien in het laten vervallen van de regeling voor de binnenopslag van hout. Wat
de regels voor de binnenopslag van niet-gevaarlijke stoffen betreft, verzoek ik u
tot de inwerkingtreding van het hierboven bedoelde Activiteitenbesluit en het Gebruiksbesluit
uit te gaan van de regels, zoals die thans in de gemeentelijke bouwverordening zijn
gegeven. Dit geldt overigens ook voor de eisen met betrekking tot bluswatervoorzieningen
en de bereikbaarheid van de houtopslag voor de brandweer, waarvoor artikel 2.3.1 van het Besluit bouw- en houtbedrijven milieubeheer ook regels stelt.