Besluit van 18 april 2007 tot wijziging van het Besluit bedrijfsvergunning en veiligheidsattest
hoofdspoorwegen, van het Besluit Onderzoeksraad voor veiligheid, van het Besluit keuring
spoorvoertuigen, van het Besluit spoorweginfrastructuur en van het Besluit spoorverkeer
ter implementatie van richtlijn 2004/49/EG (Spoorwegveiligheidsrichtlijn) en van richtlijn
2004/50/EG tot wijziging van richtlijn 96/48/EG en van richtlijn 2001/16/EG
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Op de voordracht van Onze Minister van Verkeer en Waterstaat van 22 december 2006,
nr. HDJZ/S&W/2006-2024, Hoofddirectie Juridische Zaken;
Gelet op richtlijn nr. 2004/49/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 29 april 2004 inzake
veiligheid op de communautaire spoorwegen en tot wijziging van richtlijn 95/18/EG van de Raad betreffende de verlening van vergunningen aan spoorwegondernemingen,
en van richtlijn 2001/14/EG van de Raad inzake de toewijzing van spoorweginfrastructuurcapaciteit en de heffing
van rechten voor het gebruik van spoorweginfrastructuur alsmede inzake veiligheidscertificering
(Spoorwegveiligheidsrichtlijn) (PbEG L 164), richtlijn nr. 2004/50/EG van het Europees Parlement en van de Raad van de Europese Unie van 29 april 2004
houdende wijziging van richtlijn 96/48/EG van de Raad betreffende de interoperabiliteit van het trans-Europese hogesnelheidsspoorwegsysteem
en van richtlijn 2001/16/EG betreffende de interoperabiliteit van het conventionele trans-Europese spoorwegsysteem
(PbEG L 164), de artikelen 9, tweede lid, 12, eerste lid, 35, 37, tweede lid, 38 en 64, tweede lid, van de Spoorwegwet en de artikelen 5 en 54 van de Rijkswet Onderzoeksraad voor veiligheid;
De Raad van State gehoord (advies van 1 maart, nr. W09.07.0006/IV);
Gezien het nader rapport van Onze Minister van Verkeer en Waterstaat, van 10 april
2007, HDJZ/S&W/2007-462, Hoofddirectie Juridische Zaken;
Hebben goedgevonden en verstaan: