Regeling vaststelling verdeelsleutels, bandbreedtes, maatstaven en bedragen Besluit bekostiging financieel toezicht

[Regeling vervallen per 01-01-2013.]
Geraadpleegd op 25-11-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 14-02-2009.
Geldend van 14-02-2009 t/m 30-08-2011

Regeling vaststelling verdeelsleutels, bandbreedtes, maatstaven en bedragen Besluit bekostiging financieel toezicht

Artikel 2

[Regeling vervallen per 01-01-2013]

Als categorie, bedoeld in artikel 7, tweede lid, van het besluit, wordt vastgesteld: kredietinstellingen met zetel in een andere lidstaat die op grond van artikel 2:15 van de wet hun bedrijf vanuit een in Nederland gelegen bijkantoor mogen uitoefenen

Artikel 3

[Regeling vervallen per 01-01-2013]

Ter bepaling van de tarieven, bedoeld in artikel 11, eerste lid, van het besluit, worden voor de volgende categorieën financiële ondernemingen, bedoeld in artikel 7 van het besluit, de maatstaven als volgt vastgesteld:

  • a. clearinginstellingen: het totaal van de naar risicograad gewogen posten, berekend conform de regels die op grond van artikel 3:57 van de wet worden bepaald ten behoeve van de berekening van het eigen vermogen dat tenminste dient te worden aangehouden;

  • b. kredietinstellingen waaraan een vergunning is verleend als bedoeld in artikel 2:11 van de wet die het bedrijf van bank uitoefenen en ondernemingen waaraan een vergunning is verleend als bedoeld in artikel 3:4, eerste lid, van de wet en die het in de onderdelen a of b van dat lid bedoelde bedrijf uitoefenen: het totaal van de naar risicograad gewogen posten, berekend conform de regels die op grond van artikel 3:57 van de wet worden bepaald ten behoeve van de berekening van het eigen vermogen dat tenminste dient te worden aangehouden;

  • c. kredietinstellingen waaraan een vergunning is verleend als bedoeld in artikel 2:11 van de wet die het bedrijf van elektronischgeldinstelling uitoefenen: het totaalbedrag van de ter beschikking verkregen gelden in ruil waarvoor elektronisch geld is uitgegeven;

  • d. kredietinstellingen waaraan een vergunning is verleend als bedoeld in artikel 2:16 van de wet die het bedrijf van bank uitoefenen: het totaal van de naar risicograad gewogen posten, berekend conform de regels die op grond van artikel 3:57 van de wet worden bepaald ten behoeve van de berekening van het eigen vermogen dat tenminste dient te worden aangehouden;

  • e. kredietinstellingen waaraan een vergunning is verleend als bedoeld in artikel 2:16 van de wet die het bedrijf van elektronischgeldinstelling uitoefenen: het totaalbedrag van de ter beschikking verkregen gelden in ruil waarvoor elektronisch geld wordt uitgegeven;

  • f. kredietinstellingen waaraan een vergunning is verleend als bedoeld in artikel 2:20 van de wet die het bedrijf van bank uitoefenen: het totaal van de naar risicograad gewogen posten, berekend conform de regels die op grond van artikel 3:57 van de wet worden bepaald ten behoeve van de berekening van het eigen vermogen dat tenminste dient te worden aangehouden;

  • g. kredietinstellingen waaraan een vergunning is verleend als bedoeld in artikel 2:20 van de wet die het bedrijf van elektronischgeldinstelling uitoefenen: het totaalbedrag van de ter beschikking verkregen gelden in ruil waarvoor elektronisch geld wordt uitgegeven;

  • h. kredietinstellingen met zetel in een andere lidstaat die op grond van artikel 2:15 van de wet hun bedrijf vanuit een in Nederland gelegen bijkantoor mogen uitoefenen: het totaal van de naar risicograad gewogen posten, berekend conform de regels die op grond van artikel 3:57 van de wet worden bepaald ten behoeve van de berekening van het eigen vermogen dat tenminste dient te worden aangehouden;

  • i. zorgverzekeraars als bedoeld in artikel 7, onderdeel d, van het besluit: aantal verzekerden, als bedoeld in artikel 1, onderdeel f, van de Zorgverzekeringswet;

  • j. verzekeraars als bedoeld in artikel 7, onderdeel e, van het besluit: het bruto premie-inkomen;

  • k. beheerders die rechten van deelneming aanbieden in een beleggingsinstelling als bedoeld in artikel 2:65, eerste lid, onderdeel a, van de wet, niet zijnde beheerders als bedoeld onder l.: het gezamenlijk balanstotaal van de beleggingsinstellingen waarover beheer wordt gevoerd;

  • l. beheerders die rechten van deelneming aanbieden in een beleggingsinstelling als bedoeld in artikel 2:65, tweede lid, van de wet: het gezamenlijk balanstotaal van de beleggingsinstellingen waarover beheer wordt gevoerd;

  • m. beleggingsmaatschappijen zonder aparte beheerder: het balanstotaal;

  • n. beleggingsondernemingen met zetel in Nederland die uitsluitend voor eigen rekening in of vanuit Nederland beleggingsdiensten verlenen: het aantal in Nederland werkzame personen dat door de desbetreffende onderneming belast is met het verrichten van transacties in financiële instrumenten;

  • o. beleggingsondernemingen met zetel in Nederland die niet of niet uitsluitend voor eigen rekening in of vanuit Nederland beleggingsdiensten verlenen: het aantal effectenrekeningen bij of in beheer bij de desbetreffende instelling.

Artikel 4

[Regeling vervallen per 01-01-2013]

De maatstaven, bedoeld in artikel 11, eerste lid, van het besluit, worden voor de categorieën financiële ondernemingen, uitgevende instellingen en pensioenfondsen, bedoeld in artikel 8, als volgt vastgesteld:

  • a. kredietinstellingen waaraan een vergunning is verleend als bedoeld in artikel 2:11 of artikel 2:20 van de wet, die het bedrijf van bank uitoefenen: het totaal van de naar risicograad gewogen posten, berekend conform de regels die op grond van artikel 3:57 van de wet worden bepaald ten behoeve van de berekening van het eigen vermogen dat tenminste dient te worden aangehouden;

  • b. schadeverzekeraars of natura-uitvaartverzekeraars waaraan een vergunning is verleend als bedoeld in artikel 2:27, eerste lid, 2:47 onderscheidenlijk 2:48, eerste lid, van de wet: bruto premie-inkomen in Nederland;

  • c. levensverzekeraars waaraan een vergunning is verleend als bedoeld in de artikelen 2:27, eerste lid, of 2:47 van de wet: bruto premie-inkomen in Nederland;

  • d. beheerders die rechten van deelneming aanbieden in een beleggingsinstelling en beleggingsmaatschappijen zonder aparte beheerder als bedoeld in artikel 2:65 van de wet: het gezamenlijke balanstotaal van de beleggingsinstellingen waarover beheer wordt gevoerd;

  • e. beleggingsondernemingen waaraan een vergunning is verleend als bedoeld in artikel 2:96 van de wet en die uitsluitend voor eigen rekening in Nederland beleggingsdiensten verlenen: het aantal in Nederland werkzame personen dat door die instellingen is belast met het verrichten van transacties in financiële instrumenten;

  • f. beleggingsondernemingen waaraan een vergunning is verleend als bedoeld in artikel 2:96 van de wet en die niet of niet uitsluitend voor eigen rekening in Nederland beleggingsdiensten verlenen: het aantal effectenrekeningen bij of in beheer bij die instellingen;

  • g. financiële ondernemingen die ingevolge artikel 2:97, eerste lid, onderdeel b of c van de wet beleggingsdiensten verlenen: het aantal effectenrekeningen bij of in beheer bij die instellingen

  • h. houders van een markt in financiële instrumenten waaraan een erkenning is verleend als bedoeld in artikel 5:26, eerste lid, van de wet: het aantal transacties in financiële instrumenten tot stand gekomen op de markt in financiële instrumenten;

  • i. uitgevende instellingen als bedoeld in artikel 5:59 van de wet:

    instellingen, niet zijnde beleggingsinstellingen, waarvan de aandelen of andere daarmee gelijk te stellen verhandelbare waardebewijzen of rechten niet zijnde een recht van deelneming in een beleggingsinstelling, zijn toegelaten tot de handel op een gereglementeerde markt in Nederland of een markt in financiële instrumenten, niet zijnde een gereglementeerde markt, waarvan de houder een erkenning heeft als bedoeld in artikel 5:26, eerste lid, of waarvoor toelating tot die handel is aangevraagd: de gemiddelde marktkapitalisatie van de instelling over de eerste drie maanden van het lopende kalenderjaar;

  • j. aanbieders van krediet: het aantal particuliere cliënten dat met de aanbieder rechtstreeks of middellijk als wederpartij een overeenkomst is aangegaan inzake krediet;

  • k. aanbieders van beleggingsobjecten: ingelegde gelden;

  • l. adviseurs en bemiddelaars in een financieel product, daaronder begrepen herverzekeringsbemiddelaars, ondergevolmachtigde agenten en gevolmachtigde agenten: het aantal werknemers en andere personen, die zich onder verantwoordelijkheid van de financiële dienstverlener direct of indirect bezighouden met financiële dienstverlening, waarbij het aantal deeltijdmedewerkers wordt omgerekend naar voltijd.

Artikel 5

[Regeling vervallen per 01-01-2013]

Het minimumbedrag, bedoeld in artikel 11, derde lid, van het besluit, wordt, voor zover het door de Nederlandsche Bank in rekening te brengen kosten betreft, vastgesteld op:

Artikel 6

[Regeling vervallen per 01-01-2013]

Het minimumbedrag, bedoeld in artikel 11, derde lid, van het besluit wordt, voor zover het de financiële ondernemingen, uitgevende instellingen en pensioenfondsen, bedoeld in artikel 8, eerste lid, van het besluit betreft waaraan voor het jaar 2008 kosten voor doorlopend toezicht in rekening zijn of worden gebracht, vastgesteld op:

Artikel 6a

[Regeling vervallen per 01-01-2013]

Het minimumbedrag, bedoeld in artikel 11, derde lid, van het besluit wordt, voor zover het de financiële ondernemingen, uitgevende instellingen en pensioenfondsen, bedoeld in artikel 8, eerste lid, van het besluit betreft waaraan voor het jaar 2008 geen kosten voor doorlopend toezicht in rekening zijn of worden gebracht, vastgesteld op:

Artikel 7

[Regeling vervallen per 01-01-2013]

De tarieven en bandbreedtes, bedoeld in artikel 11, eerste onderscheidenlijk derde lid, van het besluit, worden vastgesteld zoals opgenomen in de bijlage bij deze regeling.

Artikel 8

[Regeling vervallen per 01-01-2013]

  • 1 Indien aan een financiële onderneming in het voorafgaande jaar op grond van de wet een aanwijzing is gegeven of een last onder dwangsom is opgelegd, kan de toezichthouder aan deze financiële onderneming een bedrag in rekening brengen ter vergoeding van de in verband daarmee werkelijk gemaakte kosten die uitstijgen boven de kosten die onder normale omstandigheden ten aanzien van die financiële onderneming zouden zijn gemaakt.

  • 2 Een bedrag dat door de toezichthouder op grond van het eerste lid in rekening is gebracht en door de desbetreffende financiële onderneming is betaald, wordt onverwijld terugbetaald indien het besluit tot het geven van de aanwijzing of tot het opleggen van de last onder dwangsom is ingetrokken of na beroep is vernietigd.

  • 3 Het bedrag, bedoeld in het eerste lid, wordt op zodanige wijze gespecificeerd dat daaruit blijkt dat het gebaseerd is op de werkelijk gemaakte kosten, bedoeld in het eerste lid.

Artikel 9

[Regeling vervallen per 01-01-2013]

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De

Minister

van Financiën,

W.J. Bos

Bijlage , behorend bij artikel 7

[Regeling vervallen per 01-01-2013]

[Red: Voor AFM.]

Categorie

Bandbreedte/heffingsmaatstaf

Verdeelsleutel voor instellingen waaraan voor het jaar 2008 kosten voor doorlopend toezicht in rekening zijn of worden gebracht

Verdeelsleutel voor instellingen waaraan voor het jaar 2008 geen kosten voor doorlopend toezicht in rekening zijn of worden gebracht

Kredietinstellingen als bedoeld in artikel 8, eerste lid, onderdeel b, onder 1° en kredietinstellingen als bedoeld in artikel 8, eerste lid, onderdeel b, onder 3° van het besluit

€ 0 t/m € 1 mld.

€ 8,19 per € 1 mln. of een gedeelte daarvan

€ 7,34 per € 1 mln. of een gedeelte daarvan

> € 1 mld. t/m € 5 mld.

€ 4,73 per € 1 mln. of een gedeelte daarvan

€ 4,24 per € 1 mln. of een gedeelte daarvan

> € 5 mld. t/m € 50 mld.

€ 1,87 per € 1 mln. of een gedeelte daarvan

€ 1,68 per € 1 mln. of een gedeelte daarvan

Schadeverzekeraars of natura-uitvaartverzekerars als bedoeld in artikel 8, eerste lid, onderdeel d, onder 1° van het besluit

€ 0 t/m € 1 mld.

€ 6,71 per € 1 mln. of een gedeelte daarvan

€ 6,43 per € 1 mln. of een gedeelte daarvan

Levensverzekeraars als bedoeld in artikel 8, eerste lid, onderdeel d, onder 3° van het besluit

€ 0 t/m € 500 mln.

€ 109,90 per € 1 mln. of een gedeelte daarvan

€ 102,41 per € 1 mln. of een gedeelte daarvan

Beheerders als bedoeld in artikel 8, eerste lid, onderdeel e, onder 1° van het besluit

€ 0 t/m € 3,5 mld.

€ 26,13 per € 450.000 of een gedeelte daarvan

€ 25,76 per € 450.000 of een gedeelte daarvan

> € 3,5 mld. t/m € 6 mld.

€ 8,33 per € 450.000 of een gedeelte daarvan

€ 8,21 per € 450.000 of een gedeelte daarvan

Beleggingsondernemingen als bedoeld in artikel 8, eerste lid, onderdeel g, onder 2° van het besluit

vergunning voor het ontvangen en doorgeven van orders als bedoeld in artikel 1:1 van de wet

€ 873 per vergunning

n.v.t.

vergunning voor het uitvoeren van orders voor rekening van cliënten als bedoeld in artikel 1:1 van de wet

€ 2.621 per vergunning

n.v.t.

vergunning voor vermogensbeheer als bedoeld in artikel 1:1 van de wet

€ 3.493 per vergunning

n.v.t.

 

vergunning voor beleggingsadvies als bedoeld in artikel 1:1 van de wet

€ 2.621 per vergunning

n.v.t.

 

vergunning voor het begeleiden of overnemen van emissies met plaatsingsgarantie als bedoeld in artikel 1:1 van de wet

€ 873 per vergunning

n.v.t.

 

vergunning voor het begeleiden van emissies zonder plaatsingsgarantie als bedoeld in artikel 1:1 van de wet

€ 873 per vergunning

n.v.t.

 

0 tot en met 10.000 rekeningen

€ 1,81 per rekening

n.v.t.

 

> 10.000 tot en met 20.000 rekeningen

€ 1,73 per rekening

n.v.t.

 

> 20.000 tot en met 100.000 rekeningen

€ 1,50 per rekening

n.v.t.

 

> 100.000 tot en met 400.000 rekeningen

€ 0,82 per rekening

n.v.t.

 

> 400.000 rekeningen

€ 0,22 per rekening

n.v.t.

In Nederland gevestigde financiële ondernemingen die ingevolge artikel 2:97, eerste lid, onderdeel b of c van de wet beleggingsdiensten verlenen

0 tot en met 10.000 rekeningen

€ 1,81 per rekening

n.v.t.

> 10.000 tot en met 20.000 rekeningen

€ 1,73 per rekening

n.v.t.

> 20.000 tot en met 100.000 rekeningen

€ 1,50 per rekening

n.v.t.

> 100.000 tot en met 400.000 rekeningen

€ 0,82 per rekening

n.v.t.

> 400.000 rekeningen

€ 0,22 per rekening

n.v.t.

Beleggingsondernemingen als bedoeld in artikel 8, eerste lid, onderdeel g, onder 1° van het besluit

2 t/m 5 personen

> 5 personen

€ 802,07 per persoon

€ 850,68 per persoon

€ 779,42 per persoon

€ 826,66 per persoon

Houders van een markt in financiële instrumenten waaraan een erkenning is verleend als bedoeld in artikel 8, eerste lid, onderdeel h, onder 1°, van het besluit

Bij het aantal transacties van:

   

0 t/m 10.000

€  49.068

€  48.177

> 10.000 t/m 250.000

€  235.526

€  231.249

> 250.000 t/m 1.250.000

€  471.053

€  462.497

> 1.250.000 t/m 10 mln.

€  942.105

€  924.994

> 10 mln.

€ 1.668.312

€ 1.637.011

Uitgevende instellingen, als bedoeld in artikel 8, eerste lid, onderdeel i, onder 2°, van het besluit, niet zijnde beleggingsinstellingen

Bij een gemiddelde marktkapitalisatie van:

   

€ 0 t/m € 500 mln.

€ 4.476

€ 4.388

> € 500 mln. t/m € 6,5 mld.

€ 13.925

€ 13.652

> € 6,5 mld.

€ 28.845

€ 28.278

Aanbieders van krediet als bedoeld in artikel 8, eerste lid, onderdeel l, onder 1°

0 t/m 7.500

€ 1,26 per cliënt

€ 1,14 per cliënt

> 7.500 t/m 100.000

€ 0,05 per cliënt

€ 0,04 per cliënt

 

> 100.000

€ 0,00 per cliënt

€ 0,00 per cliënt

Aanbieders van beleggingsobjecten als bedoeld in artikel 8, eerste lid, onderdeel l, onder 2°

€ 0 tot t/m € 5 mln.

€ 2.003,81 per € 450.000 of een gedeelte daarvan

€ 1.870,42 per € 450.000 of een gedeelte daarvan

> € 5 t/m € 100 mln.

€ 977,47 per € 450.000 of een gedeelte daarvan

€ 912,40 per € 450.000 of een gedeelte daarvan

 

> € 100 mln.

€ 0

€ 0

Adviseurs en bemiddelaars in een financieel product daaronder begrepen herverzekeraarbemiddelaars, ondergevolmachtigde agenten en gevolmachtigde agenten die zijn aangesloten bij een stelsel van zelftoezicht

1,1 fte t/m 21,0 fte

€ 94,07 per fte

€ 91,32 per fte

21,1 fte t/m 201,0 fte

€ 89,12 per fte

€ 86,52 per fte

Adviseurs en bemiddelaars in een financieel product daaronder begrepen herverzekeraarbemiddelaars, ondergevolmachtigde agenten en gevolmachtigde agenten die niet zijn aangesloten bij een stelsel van zelftoezicht

1,1 fte t/m 21,0 fte

€ 103,31 per fte

€ 99,13 per fte

21,1 fte t/m 201,0 fte

€ 98,39 per fte

€ 94,41 per fte

[Red: Voor DNB.]

Categorie

Sub-categorie

Heffingsmaatstaf/tarief

Verdeelsleutel

Basisbedrag

Beleggingsondernemingen met zetel in Nederland die niet of niet uitsluitend voor eigen rekening in of vanuit Nederland beleggingsdiensten verlenen als bedoeld in artikel 7, eerste lid, onderdeel h, onder 3° van het besluit

n.v.t.

n.v.t.

n.v.t.

€ 2.031

n.v.t.

0 tot en met 250 effectenrekeningen

€ 0 per effectenrekening

 

n.v.t.

> 250 tot en met 10.000 effectenrekeningen

€ 11,17 per effectenrekening

 

n.v.t.

> 10.000 effectenrekeningen

€ 0 per effectenrekening

 

Ondernemingen met een vergunning voor:

     

a. het ontvangen en doorgeven van orders

vergunning

€ 0 per vergunning

 
 

b. het uitvoeren orders voor rekening cliënten

vergunning

€ 2.539 per vergunning

 
 

c. vermogensbeheer

vergunning

€ 2.539 per vergunning

 
 

d. beleggingsadvies

vergunning

€ 0 per vergunning

 
 

e. het begeleiden of overnemen van emissies met plaatsingsgarantie

vergunning

€ 4.062 per vergunning

 
 

f. het begeleiden van emissies zonder plaatsingsgarantie

vergunning

€ 2.031 per vergunning