Verordening PDV financieringsheffing jaar 2007

[Regeling materieel uitgewerkt per 27-04-2008.]
Geraadpleegd op 10-11-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 05-08-2007.
Geldend van 05-08-2007 t/m heden

Verordening van het Productschap Diervoeder van 28 november 2006, houdende regels ter zake van de aan de onder het Productschap Diervoeder ressorterende ondernemers op te leggen heffing voor het jaar 2007 (Verordening PDV financieringsheffing jaar 2007)

§ 1. Begripsbepalingen

Artikel 1

Deze verordening verstaat onder:

productschap

:

Productschap Diervoeder;

secretaris

:

secretaris van het productschap;

ondernemer

:

natuurlijke of rechtspersoon die een onderneming drijft waarvoor het productschap is ingesteld;

landbouwhuisdieren

:

dieren, behorend tot soorten die normaal door de mens worden gevoederd en gehouden, en die worden gegeten dan wel waarvan de producten worden geconsumeerd of een andere bestemming hebben (inclusief pelsdieren);

mengvoeders

:

mengsels van voedermiddelen, met of zonder toevoegingsmiddelen, bestemd voor vervoedering in de vorm van volledige diervoeders of aanvullende diervoeders;

voedermiddelen

:

producten van plantaardige of dierlijke oorsprong in natuurlijke staat, vers of verduurzaamd en de afgeleide producten van hun industriële verwerking, alsmede organische of anorganische stoffen, met of zonder toevoegingsmiddelen, bestemd om te worden gebruikt voor vervoedering, hetzij als zodanig, hetzij na bewerking, voor de bereiding van mengvoeders dan wel als dragers in voormengsels;

kunstmelkvoeders

:

mengvoeders die in droge staat of na oplossing in een bepaalde hoeveelheid vloeistof kunnen dienen voor de voeding van jonge dieren in aanvulling op of in plaats van de postcolostrale melk of voor de voeding van vleeskalveren;

huisdiervoeders

:

diervoeders, in de vorm van voedermiddelen of van mengvoeders, kennelijk als zodanig bestemd voor de voeding van honden en katten;

droge voeders

:

huisdiervoeders met een vochtgehalte van 14% of minder;

halfvochtige voeders (semi-moist)

:

huisdiervoeders met een vochtgehalte van meer dan 14% en minder dan 60%;

vochtige voeders (moist)

:

huisdiervoeders met een vochtgehalte van 60% of meer;

vochtrijke voedermiddelen

:

voedermiddelen met een vochtgehalte van meer dan 15%;

droge voedermiddelen

:

voedermiddelen met een vochtgehalte van 15% en minder;

handelaar in voedermiddelen

:

de ondernemer die voedermiddelen in het verkeer brengt, verkoopt of aflevert voor zover deze niet door hemzelf zijn geproduceerd;

gedroogde voedergewassen

:

de voedergewassen die minder dan 15% vocht bevatten en zijn opgenomen in de bijlage;

toevoegingsmiddelen

:

Stoffen, micro-organismen en preparaten die geen voedermiddelen nog voormengsels zijn en die opzettelijk aan diervoeder of water worden toegevoegd met name met het oog op een of meer van de volgende functies. Het toevoegmiddel moet (a) de eigenschappen van het diervoeder gunstig beïnvloeden, (b) de eigenschappen van dierlijke producten gunstig beïnvloeden, (c) de kleuren van siervissen en -vogels gunstig beïnvloeden, (d) voldoen aan de voedingsbehoeften van dieren, (e) het milieu-effect van de dierlijke productie gunstig beïnvloeden, (f) de dierlijke productie, prestaties of welzijn gunstig beïnvloeden, met name door in te werken op de maag- en darmflora of op de verteerbaarheid van diervoeders, of (g) een coccidiostatische of histomonostatische werking teweeg brengen.

§ 2. Heffingen

Artikel 2

  • 1 De ondernemer die:

    • mengvoeders voor landbouwhuisdieren (inclusief vlees- en overige kalveren)

    • concentraten of voormengsels

    • huisdiervoeders

    • vochtrijke voedermiddelen zoals bedoeld in bijlage II onder D.

    produceert, is verplicht aan het productschap over de zelf geproduceerde hoeveelheid een heffing te betalen per 1.000 kg product, zoals opgenomen in bijlage I.A.

  • 2 De heffing op de productie van huisdiervoeders wordt vermenigvuldigd met de volgende omrekeningsfactor:

    • 1,00 voor droge voeders

    • 0,74 voor halfvochtige (semi-moist) voeders

    • 0,23 voor vochtige (moist) voeders.

Artikel 3

De ondernemer die:

  • gedroogde bietenpulp en

  • gedroogde voedergewassen, zoals bedoeld in bijlage II onder C

  • restproducten van industriële bakkerijen, zoals bedoeld in bijlage II onder E produceert, is verplicht over de zelf geproduceerde en in het binnenland afgeleverd hoeveelheid aan het productschap een heffing te betalen per 1.000 kg product, zoals opgenomen in bijlage I.A. De hoeveelheid die ten genoegen van het productschap aantoonbaar aan bereiders van mengvoeders wordt afgeleverd, is van deze heffing vrijgesteld.

Artikel 4

  • 1 De handelaar in:

    • droge voedermiddelen

    • vochtrijke voedermiddelen

    zoals bedoeld in bijlage II onder A respectievelijk onder B, is verplicht over de in het binnenland, rechtstreeks dan wel indirect via de tussenhandel, aan veehouderijbedrijven afgeleverde hoeveelheid aan het productschap een heffing te betalen per 1.000 kg product, zoals opgenomen in bijlage I.A.

  • 2 De ondernemer die mengvoeders voor landbouwhuisdieren produceert, is verplicht over de in het binnenland afgeleverde hoeveelheid droge voedermiddelen, zoals bedoeld in bijlage II onder A aan het productschap een heffing te betalen per 1.000 kg product, zoals opgenomen in bijlage I.A.

  • 3 Op het in het eerste lid verschuldigde bedrag wordt in mindering gebracht het heffingsbedrag dat ten genoegen van het productschap aantoonbaar over de betrokken producten reeds eerder aan het productschap is afgedragen.

Artikel 5

De ondernemer die toevoegingsmiddelen produceert of in de handel brengt, is verplicht aan het productschap een heffing te betalen, zoals opgenomen in bijlage I.B. De heffing is afhankelijk van de omzet in euro’s in het voorgaande jaar.

Artikel 6

De heffingen bedoeld in de artikelen 2 tot en met 5 zijn bestemd voor de basisvoorziening van het productschap, waarmee de algemene zaken worden bekostigd en de programma’s en projecten worden beheerd.

Artikel 7

  • 1 De ondernemer is verplicht:

    • binnen 2 maanden na afloop van ieder kwartaal voor de vaststelling van de heffing bedoeld in de artikelen 2 tot en met 4

    • binnen 2 maanden na afloop van het kalenderjaar voor de vaststelling van de heffing bedoeld in artikel 5

    aan het productschap de benodigde gegevens te verstrekken door middel van een hiertoe dienend opgavenformulier. De Verordening PDV algemene bepalingen 2003 is hierbij van toepassing.

  • 2 De ondernemer, bedoeld in de artikelen 2 tot en met 4 is eveneens verplicht het opgavenformulier in te dienen, indien hij in het betrokken kwartaal geen diervoeders heeft geproduceerd dan wel verhandeld.

  • 3 De ondernemer die gedurende een kalenderjaar geen diervoeders heeft geproduceerd dan wel heeft verhandeld, moet jaarlijks in januari van het daaropvolgende jaar een daaromtrent informatieve verklaring indienen bij het productschap. Deze verklaring wordt tevens gebruikt als aanname voor het lopende jaar, zodat de opgaven ingevolge het eerste lid niet behoeven te worden gedaan.

  • 4 Ingeval de secretaris zulks verlangt, is de ondernemer verplicht een door een accountant afgegeven verklaring te overleggen.

  • 5 De ondernemer is verplicht alle medewerking te verlenen aan de Interne Auditdienst van het Hoofdproductschap Akkerbouw:

    • a. ter controle van de in het eerste lid bedoelde opgave indien de in het vierde lid bedoelde accountantsverklaring niet afkomstig is van een registeraccountant;

    • b. ter controle van de in het derde lid bedoelde verklaring.

Artikel 8

  • 1 Op verzoek van de heffingsplichtige kan de secretaris namens het bestuur in individuele gevallen beslissen tot afwijking van het model van het opgavenformulier bedoeld in artikel 7.

  • 2 Op verzoek van de heffingsplichtige die ingevolge deze verordening jaarlijks minder dan € 1.000,– aan het productschap verschuldigd is kan de secretaris namens het bestuur beslissen om in afwijking van artikel 7, eerste lid, jaarlijks een opgave met de voor de vaststelling van de heffing benodigde gegevens aan het productschap te verstrekken.

§ 3. Ambtshalve heffing

Artikel 9

  • 1 Indien de ondernemer de gegevens, bedoeld in artikel 7, eerste lid niet, niet tijdig of naar het oordeel van de secretaris niet volledig heeft verstrekt, is de secretaris bevoegd namens het bestuur de verschuldigde heffing voor het betreffende kwartaal ambtshalve bij aanslag vast te stellen.

  • 2 Indien de heffingsplichtige binnen 21 dagen na ontvangst van de heffingsaanslag bedoeld in het eerste lid, alsnog de gevraagde gegevens verstrekt, wordt de aanvankelijk vastgestelde heffing ingetrokken en een nieuwe heffing vastgesteld op basis van de door hem verstrekte gegevens.

  • 3 Indien het productschap, op verzoek van de ondernemer nadat de termijn genoemd in het tweede lid is verstreken, alsnog overgaat tot wijziging van de ambtshalve vastgestelde heffing, kunnen de voor het productschap daaruit voortvloeiende extra kosten in rekening worden gebracht.

§ 4. Betaling van de heffing

Artikel 10

  • 1 De ingevolge deze verordening verschuldigde heffingsbedragen worden betaald uiterlijk op de eenentwintigste dag volgend op die waarop zij door of vanwege het productschap in rekening zijn gebracht, dan wel, indien de secretaris van het productschap zulks verlangt, voor een door deze te bepalen datum.

  • 2 Het Hoofdproductschap Akkerbouw wordt gemachtigd de verschuldigde heffingsbedragen in rekening te brengen, in te vorderen en in ontvangst te nemen.

Artikel 11

Het productschap kan besluiten nota’s van minder dan € 50,– samen te voegen tot verzamelnota’s welke betrekking hebben op meerdere perioden.

Artikel 12

Aan de ondernemer die niet of niet geheel binnen de in artikel 10 gestelde termijn heeft betaald, kan door het productschap de wettelijke interest over het niet betaalde bedrag in rekening worden gebracht, te berekenen vanaf de dag waarop de betaling uiterlijk diende te zijn verricht ingevolge de aanmaning bedoeld in artikel 127, tweede lid, van de Wet op de bedrijfsorganisatie.

§ 5. Slotbepalingen

Artikel 13

Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 januari 2007. Indien het Verordeningenblad Bedrijfsorganisatie waarin deze verordening wordt geplaatst, wordt uitgegeven na 1 januari 2007, treedt zij in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van dat Verordeningenblad Bedrijfsorganisatie en werkt terug tot en met 1 januari 2007, met uitzondering van de toepassing van de Verordening PDV algemene bepalingen 2003.

Den Haag, 28 november 2006

Th.A.M. Meijer

voorzitter

J. den Hartog

secreraris

Goedgekeurd door de Bestuurskamer van de Sociaal-Economische Raad bij besluit van 16 maart 2007 en door de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit bij beschikking van 17 juli 2007, nr. TRCJZ/06/4062.

Bijlage I. : Heffingstarieven

I. A Tarieven financieringsheffing 2007 (in eurocenten per 1.000 kg)

Productie van mengvoeders voor landbouwhuisdieren (excl. kunstmelkvoeders voor kalveren)

0,8

Productie van concentraten en voormengsels

0,8

Productie van huisdiervoeders

0,8

Productie van kunstmelkvoeders voor vleeskalveren

0,8

Productie van kunstmelkvoeders voor overige kalveren

0,8

Productie van gedroogde bietenpulp en gedroogde voedergewassen

0,8

Productie van restproducten van industriële bakkerijen

0,8

Productie van vochtrijke voedermiddelen

0,9

Handel in droge voedermiddelen

0,8

Handel in granen en krachtvoervervangende producten

0,8

Handel in vochtrijke voedermiddelen

0,9

I. B Financieringsheffing toevoegingsmiddelen (in euro per onderneming)

Omzetklasse (omzet 2006)

Heffingtarief

< € 400.000

€ 96,00

€ 400.000 - < € 1.000.000:

€ 96,00 + ((werkelijke omzet - € 400.000) / € 600.000)

x € 144,00

≥ € 1.000.000

€ 240,00

Geen opgave

€ 240,00

Bijlage II

Voedermiddelen waarop de regeling van toepassing is

A. Handel in droge voedermiddelen (15% of minder vocht)

Omschrijving

GN-code

producten, bestemd voor diervoederdoeleinden en afkomstig van:

 

– graan- (incl. rijst-)verwerkende ind.

ex 2302 10, 2302 20, 2302 30

2302 40, 2303 10 19 en ex 2303 10 90

2306 90 90,

ex 2309 90 31, 2309 90 41 en

2309 90 51

(v.w.b. producten, afkomstig van de Ned. graanzetmeelindustrie zijn heffingsplichtig, producten van de volgende GN-codes:

 

2302 10 10

2302 30 10

2303 10 19

2303 10 90

2306 90 91)

Omschrijving

GN-code

– maalderijen en pellerijen van peulvr.

ex 2302 50 50

– aardappelzetmeelfabrieken

ex 2303 10 90

– overige aardappelverwerkende industrie

ex 2308 00 90

– suikerindustrieën

ex 2303 20 en 2309 90 91

– bierbrouwerijen

ex 2303 30 00

– verwerking van oliehoudende zaden, vruchten en kiemen

ex 2304, 2305 en 2306

– gistproducerende industrie

ex 2308 00 90

– groenvoederdrogerijen

1214 10 00 en ex 1214 90 91 en

ex 1214 90 99

   

Voorts:

 

– peulvruchten, al dan niet gebroken of gemalen

ex 0713 en 1209 29 50

– melen en pellets van natuurlijk (zon-)gedroogde groenvoeders

1214 10 00, ex 1214 90 91 en ex 1214 90 99

– harde tarwe

1001 10 00

– spelt, zachte tarwe en mengkoren, niet bestemd voor zaaidoeleinden

1001 90 10

– andere tarwe

1001 90 99

– rogge

1002 00 00

– gerst, niet bestemd voor zaaidoeleinden

1003 00 90

– haver

1004 00 00

– maïs, niet bestemd voor zaaidoeleinden

1005 90 00

– sorgho, niet bestemd voor zaaidoeleinden

1007 00 90

– Boekweit, gierst (andere dan sorgho), kanariezaad en andere granen

1008

B. Handel in vochtrijke voedermiddelen (meer dan 15% vocht)

Omschrijving

GN-code

Producten, bestemd voor diervoederdoeleinden en afkomstig van:

 

– graan- (incl. rijst-)verwerkende ind.

(maïsglutenvoer en afval van tarwezetmeelfabrieken)

2303 10 19 en ex 2303 10 90

– aardappelzetmeelfabrieken

ex 2303 10 90

– overige aardappelverwerkende industrie

ex 2308 00 90

– suikerindustrieën

ex 2303 20 en 2309 90 91

– bierbrouwerijen

ex 2303 30 00

– distilleerderijen

ex 2303 30 00 en 2308 00 90

– alcoholfabrieken

ex 2303 20 90

– gist-producerende industrie

ex 2308 00 90

– branderijen

ex 2303 30 00

– vruchtensappenindustrie

ex 2308 00

– industriële vruchtenwijnproductie

ex 2308 00

– zuivelfabrieken

ex 0401, 0402 91, 0402 99,

0403 90, 0404 10 en 0404 90

– corncobmix

 

C. Productie gedroogde bietenpulp en gedroogde voedergewassen (minder dan 15% vocht)

Omschrijving

GN-code

De volgende producten bestemd voor diervoederdoeleinden, afkomstig van groenvoederdrogerijen en suikerindustrieën:

 

– bietenpulp

ex 2303 20

– gemelasseerde bietenpulp

ex 2309 90 91

– gras- en klavermeel (-pellets)

ex 1214 90 90

– luzernemeel en luzerne in pellets

1214 10 00

D. Productie vochtrijke voedermiddelen (meer dan 15% vocht)

Omschrijving

GN-code

Producten, bestemd voor diervoederdoeleinden en afkomstig van:

 

– graan - (incl. rijst-)verwerkende ind.

(maïsglutenvoer en afval van tarwezetmeelfabrieken)

2303 10 19 en ex 2303 10 90

– aardappelzetmeelfabrieken

ex 2303 10 90

– overige aardappelverwerkende industrie

ex 2308 00 90

– suikerindustrieën

ex 2303 20 en 2309 90 91

– bierbrouwerijen

ex 2303 30 00

– distilleerderijen

ex 2303 30 00 en 2308 00 90

– alcoholfabrieken

ex 2303 20 90

– gist-producerende industrie

ex 2308 00 90

– branderijen

ex 2303 30 00

– vruchtensappenindustrie

ex 2308 00

– industriële vruchtenwijnproductie

ex 2308 00

E. Restproducten van industriële bakkerijen

De volgende producten, bestemd voor diervoederdoeleinden en afkomstig van industriële bakkerijen

ex 1905