Beperkingen en voorschriften
[Regeling vervallen per 19-09-2009 met terugwerkende kracht tot en met 01-05-2009]
1. Beperkingen LZV
[Regeling vervallen per 19-09-2009 met terugwerkende kracht tot en met 01-05-2009]
Artikel A LZV afmetingen en draaipunten
[Regeling vervallen per 19-09-2009 met terugwerkende kracht tot en met 01-05-2009]
Een LZV heeft:
Artikel B Combinatieverbod
[Regeling vervallen per 19-09-2009 met terugwerkende kracht tot en met 01-05-2009]
Een ontheffing LZV mag niet worden gebruikt in combinatie met een ontheffing voor
exceptioneel transport.
Artikel C LZV ontheffing en vervoer ondeelbare lading
[Regeling vervallen per 19-09-2009 met terugwerkende kracht tot en met 01-05-2009]
Bij gebruik van een ontheffing LZV is het vervoer van ondeelbare lading op de wijze
als bedoeld in de artikelen 5.18.13 en 5.18.14 van het Voertuigreglement niet toegestaan.
Artikel D Verbod uitrusting en vervoer vloeibare lading
[Regeling vervallen per 19-09-2009 met terugwerkende kracht tot en met 01-05-2009]
Een LZV mag niet zijn uitgerust of beladen met een tank voor vloeibare lading met
een volume van meer dan 1000 L.
Artikel E Verbod vervoer gevaarlijke stoffen
[Regeling vervallen per 19-09-2009 met terugwerkende kracht tot en met 01-05-2009]
Een LZV mag geen gevaarlijke stoffen vervoeren in hoeveelheden groter dan bedoeld
in Randnummer series 1.1.3 van het ADR.
2. Algemene voorschriften
[Regeling vervallen per 19-09-2009 met terugwerkende kracht tot en met 01-05-2009]
Artikel A Voertuigdocumenten
[Regeling vervallen per 19-09-2009 met terugwerkende kracht tot en met 01-05-2009]
De voor het voertuig of de voertuigen ten behoeve van LZV afgegeven en voor de ontheffing
LZV vereiste voertuigdocumenten moeten bij gebruik van de ontheffing LZV aanwezig
zijn.
Van deze documenten moet een origineel, geldig en door de Dienst Wegverkeer gewaarmerkt
exemplaar bij de ontheffing LZV getoond kunnen worden.
Artikel B Documenten bestuurder LZV
[Regeling vervallen per 19-09-2009 met terugwerkende kracht tot en met 01-05-2009]
1. De bestuurder van de LZV moet in het bezit zijn van:
-
a. een geldig rijbewijs voor het besturen van motorrijtuigen van de rijbewijscategorieën
C en E;
-
b. een getuigschrift vakbekwaamheid voor het besturen van een vrachtauto als bedoeld
in de Regeling getuigschrift vakbekwaamheid, dan wel voldoen aan artikel 2.7.2 van het Arbeidstijdenbesluit, en
-
c. een door het Stichting Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen afgegeven en geldig
CCV-certificaat ‘Rijvaardigheidstoets langere en/of zwaardere voertuigen’. Met deze
beroepseis worden gelijkgesteld beroepseisen die worden gesteld in een andere lidstaat
van de Europese Unie dan wel een staat, niet zijnde een lidstaat van de Europese Unie,
die partij is bij een daartoe strekkend of mede daartoe strekkend Verdrag dat Nederland
bindt, en die een beroepsniveau waarborgen dat naar het oordeel van de Stichting CBR
ten minste gelijkwaardig is aan het niveau dat met de nationale beroepseisen wordt
nagestreefd.
2. De voor de bestuurder afgegeven documenten genoemd in het eerste lid moeten bij
het gebruik van de ontheffing aanwezig zijn op het voertuig.
3. Het eerste lid, onder c, van dit artikel geldt niet bij gebruik van een opleidingsontheffing
LZV, mits:
-
a. de gebruiker van de opleidingsontheffing ten minste 5 jaar in het bezit is van een
geldig rijbewijs voor het besturen van motorrijtuigen van de rijbewijscategorieën
C en E;
-
b. aan de gebruiker van de opleidingsontheffing de afgelopen 3 jaar geen ontzegging van
de rijbevoegdheid is opgelegd en het aan hem afgegeven rijbewijs niet ongeldig is
verklaard of ingevorderd, en
-
c. er door middel van een op het voertuig aanwezige schriftelijke en gepersonifieerde
oproep kan worden aangetoond dat de gebruiker op de datum van controle via de kortste
door de ontheffing toegestane route op weg was naar, of terugkeert van, een opleiding
onder toezicht van een bevoegde opleider ter voorbereiding op het certificaat of een
examen voor het certificaat genoemd onder het eerste lid, sub c.
Artikel C Buitengewone omstandigheden
[Regeling vervallen per 19-09-2009 met terugwerkende kracht tot en met 01-05-2009]
1. Van de ontheffing LZV mag geen gebruik worden gemaakt bij gladheid van het wegdek
en bij weersomstandigheden die het zicht beperken tot minder dan 200 m.
2. Indien zich dergelijke omstandigheden voordoen moet zo spoedig mogelijk het gebruik
van de ontheffing LZV worden beëindigd.
Artikel D Plaats op de rijbaan
[Regeling vervallen per 19-09-2009 met terugwerkende kracht tot en met 01-05-2009]
Voor een LZV geldt een inhaalverbod van alle motorvoertuigen die sneller mogen rijden
dan 45 km per uur.
Artikel E Afmetingen en massa samenstellen van voertuigen uit LZV
[Regeling vervallen per 19-09-2009 met terugwerkende kracht tot en met 01-05-2009]
Elk uit een LZV te vormen samenstel van voertuigen moet voldoen aan de gebruikseisen
van hoofdstuk 5 afdeling 18 van het Voertuigreglement
Artikel F Trekkend motorrijtuig LZV
[Regeling vervallen per 19-09-2009 met terugwerkende kracht tot en met 01-05-2009]
Het trekkend motorrijtuig van een LZV moet zijn voorzien van;
Artikel G Getrokken voertuig LZV
[Regeling vervallen per 19-09-2009 met terugwerkende kracht tot en met 01-05-2009]
Het getrokken voertuig van een LZV moet zijn voorzien van:
Artikel H Draaicirkel LZV
[Regeling vervallen per 19-09-2009 met terugwerkende kracht tot en met 01-05-2009]
Een LZV moet naar beide zijden een volledige cirkel kunnen beschrijven binnen een
ruimte die wordt begrensd door twee concentrische cirkels, waarvan de buitenste een
straal van 14,50 m en de binnenste een straal van 6,50 m heeft, zonder dat een van
de buitenpunten van de voertuigen buiten de omtrek van de cirkels komt.
Artikel I Lengte laadruimte LZV
[Regeling vervallen per 19-09-2009 met terugwerkende kracht tot en met 01-05-2009]
1. De lengte van de laadruimte, zijnde de afstand tussen het voorste punt aan de buitenzijde
van de laadruimte achter de stuurcabine en het achterste punt aan de buitenzijde van
de achterste aanhangwagen, verminderd met de afstanden tussen de achterzijde van de
laadruimte van de voertuigen en de voorzijden van de laadruimte van de daaropvolgende
voertuigen, dient ten minste 18,00 m en ten hoogste 21,82 m. te bedragen.
2. In afwijking van het eerste lid geldt de ten hoogste toegestane lengte van het
laadvlak niet voor de vrachtautocombinaties als bedoeld in artikel 13, eerste lid, onder a.
Artikel J Markering achterste voertuig LZV
[Regeling vervallen per 19-09-2009 met terugwerkende kracht tot en met 01-05-2009]
1. Het achterste voertuig van een LZV moet zijn voorzien van een horizontaal geplaatste
markering als bedoeld in artikel 5.12.51 onder l van het Voertuigreglement, waarop over de volle hoogte van het gele vlak de zijdelingse contour van de betreffende
LZV in de kleur zwart is aangebracht.
2. Wanneer de markering is verdeeld over twee borden, dient de bedoelde contour van
de combinatie op het op de linker helft van het voertuig aangebrachte bord te zijn
aangebracht.
3. De totale lengte van de LZV in meters moet in de kleur zwart op de markering zijn
aangegeven
Artikel K Aanwezigheid aslastmeter op LZV
[Regeling vervallen per 19-09-2009 met terugwerkende kracht tot en met 01-05-2009]
1. De optredende statische aslasten van een LZV moeten met uitzondering van de vooras
van het trekkend motorrijtuig met een afleesnauwkeurigheid van 100 kg kunnen worden
weergegeven. Daarbij dient gebruik te worden gemaakt van de optredende druk in de
veerbalgen van elke as.
2. Het bepaalde in het eerste lid is niet van toepassing voor vrachtautocombinaties
of een samenstel van buitenlandse voertuigen voorzien van een keuringscertificaat
als bedoeld in artikel 13.
Artikel L Medewerking gegevensverstrekking gebruik LZV ontheffing
[Regeling vervallen per 19-09-2009 met terugwerkende kracht tot en met 01-05-2009]
De aanvrager en gebruiker van een ontheffing zijn verplicht om op verzoek van het
Ministerie van Verkeer & Waterstaat medewerking te verlenen aan onderzoek omtrent
de ervaringen en inzet van de LZV en de LZV ontheffing.
Artikel M
[Regeling vervallen per 19-09-2009 met terugwerkende kracht tot en met 01-05-2009]
In een LZV mag de gezamenlijke som van de aslasten van twee achter elkaar gekoppelde
middenasaanhangwagens niet meer bedragen dan 1,5 maal de som van de aslasten van het
trekkend motorrijtuig.
Artikel N
[Regeling vervallen per 19-09-2009 met terugwerkende kracht tot en met 01-05-2009]
In een LZV mag de som van de aslasten van een middenasaanhangwagen voortbewogen door
een andere aanhangwagen niet meer bedragen dan de som van de aslasten van de trekkende
aanhangwagen.