Stcrt. 2012, 19652, datum inwerkingtreding 03-10-2012, bevat een wijziging met terugwerkende
kracht van dit artikel. Deze wijziging werkt terug tot en met 01-01-2009.
3 Bij de verrekening van de verschillen, bedoeld in artikel 38, derde lid, berekent
het college rente vanaf de betaaldatum, genoemd in artikel 38, eerste,tweede en derde
lid tot de datum van de tweede voorlopige vaststelling van de bijdrage.
4 Bij de verrekening van de verschillen, bedoeld in artikel 35, vierde lid, berekent
het college rente vanaf de betaaldatum, genoemd in artikel 34, eerste en tweede lid,
tot de datum van de definitieve vaststelling van de bijdrage.
5 Het college deelt het bedrag dat de zorgverzekeraar heeft terugbetaald op grond van
artikel 38, zesde lid voor de renteberekening naar rato toe aan de eerste dag van
de maand waarin is terugbetaald en de eerste dag van de daaropvolgende maand, waarbij
het uitgangspunt is de dag van terugbetaling.
6 Voor een zorgverzekeraar waarvoor krachtens artikel 38, derde en vierde lid, afwijkende
betalingen hebben plaatsgevonden, kan het college bij de renteberekening afwijken
van de vorige leden.
7 Voor het rentepercentage gaat het college uit van het gemiddelde van de maandrentes
van het Euro Interbank Offered Rate (Euribortarief) voor driemaands termijngelden
zonder onderpand over de periodes, bedoeld in het eerste, tweede en derde lid. Voor
de laatste kalendermaand vóór de betaling wordt uitgegaan van de rente over de voorafgaande
kalendermaand.
8 De rente betreft een samengestelde rente en wordt op maandbasis berekend.
Bij de berekening wordt een maand op 30 en een jaar op 360 dagen gesteld.
9 Indien de situatie zich voordoet dat het in deze paragraaf bedoelde Euro Interbank
Offered Rate (Euribortarief) niet meer kan worden toegepast, zal een zoveel als mogelijk
overeenkomstig tarief worden gehanteerd.