Besluit van 2 september 2009, houdende aanpassing van enige algemene maatregelen van
bestuur in verband met de invoering van het burgerservicenummer (Aanpassingsbesluit
burgerservicenummer)
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Op de voordracht van de Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
van 2 juni 2009, nr. 2009-0000285349, DCB/CZW/WVOB;
Gelet op artikel 16, tweede lid, van de Wet algemene bepalingen burgerservicenummer, de artikelen 24, tweede lid, en 29, eerste lid, van de Wet bescherming persoonsgegevens, artikel 38, vierde lid, van de Algemene wet inkomensafhankelijke regelingen, artikel 39 van de Wet waardering onroerende zaken, de artikelen 35, vierde lid, 35f, 35g, vierde lid, en 35n van de Wet op de loonbelasting 1964, artikel 2.7a, zesde lid, van de Wet invoering en financiering Wet werk en inkomen
naar arbeidsvermogen, artikel 36, vierde lid, van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen en de artikelen 42, zesde lid, en 126, vijfde lid, van de Wegenverkeerswet 1994;
De Raad van State gehoord (advies van 17 juni 2009, nr. W04.09.0192/I);
Gezien het nader rapport van de Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
van 26 augustus 2009, nr. 2009-0000335361, DCB/CZW/WVOB;
Hebben goedgevonden en verstaan: