Zorgindicatieregeling

[Regeling vervallen per 01-01-2015.]
Geraadpleegd op 01-11-2024.
Geldend van 29-07-2014 t/m 31-12-2014

Regeling van de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 7 oktober 2009, nr. Z/VU-2957030, houdende regels over de geldigheidsduur van indicatiebesluiten AWBZ (Zorgindicatieregeling)

De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

Gelet op artikel 15, tweede lid, van het Zorgindicatiebesluit;

Besluit:

Artikel 1

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

  • 1 De geldigheidsduur van een indicatiebesluit is maximaal vijftien jaar en wordt vastgesteld met inachtneming van:

    • a. de beperkingen van de verzekerde en veranderingen die zich daarin kunnen voordoen;

    • b. de woonomstandigheden en de samenstelling van het huishouden van de verzekerde en veranderingen die zich daarin kunnen voordoen;

    • c. het bereiken van een leeftijd van de verzekerde die van invloed kan zijn op de aanspraak.

  • 2 Een indicatiebesluit voor zorg zonder verblijf die noodzakelijk is in verband met een ziekte of aandoening die er toe leidt dat de levensverwachting van de verzekerde naar het oordeel van de behandelend arts korter is dan drie maanden, blijft geldig tot de verzekerde is overleden.

  • 3 In afwijking van het eerste lid is de geldigheidsduur van een indicatiebesluit voor persoonlijke verzorging, verpleging, begeleiding, kortdurend verblijf, zoals deze zorg met ingang van 1 januari 2015 onderdeel uitmaakt van de Wet de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 of onderdeel uitmaakt van de aanspraak wijkverpleging als bedoeld in artikel 2.10 van het Besluit wijziging Zorgverzekering, indien het indicatiebesluit in de maanden juli en augustus 2014 is vastgesteld, ten hoogte acht maanden.

  • 4 In afwijking van het eerste lid is de geldigheidsduur van een indicatiebesluit voor persoonlijke verzorging, verpleging, begeleiding, kortdurend verblijf, zoals deze zorg met ingang van 1 januari 2015 onderdeel uitmaakt van de Wet de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 of onderdeel uitmaakt van de aanspraak wijkverpleging als bedoeld in artikel 2.10 van het Besluit wijziging Zorgverzekering, indien het indicatiebesluit in de maanden september, oktober, november en december 2014 is vastgesteld ten hoogte zes maanden.

  • 5 Het derde of vierde lid is niet van toepassing op een indicatiebesluit gericht op:

    • a. intensieve kindzorg voor verzekerden die achttien jaar of ouder zijn, aan wie tot het bereiken van de achttiende leeftijd intensieve kindzorg is verleend als omschreven in de brief van de staatssecretaris van VWS van 21 december 2012 (kenmerk: DLZ/KZ-U-3148726);

    • b. zorg zonder verblijf die noodzakelijk is in verband met een ziekte of aandoening die er toe leidt dat de levensverwachting van de verzekerde naar het oordeel van de behandelend arts korter is dan drie maanden, blijft geldig tot de verzekerde is overleden.

    • c. behandeling als bedoeld in artikel 8 van het Besluit zorgaanspraken;

    • d. ADL-assistentie als bedoeld in artikel 34 van het Besluit zorgaanspraken AWBZ;

    • e. nuluren indicaties.

  • 6 In afwijking van het eerste en tweede lid is de geldigheidsduur van een indicatiebesluit voor een ZZP 1C GGZ, ZZP 2C GGZ, ZZP 3C GGZ, ZZP 4C GGZ, ZZP 5C GGZ of ZZP 6C GGZ ten hoogste vijf jaar.

Artikel 2

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2010.

Artikel 3

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

Deze regeling wordt aangehaald als: Zorgindicatieregeling.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De

Staatssecretaris

van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

M. Bussemaker