De directie Informatiehuishouding en Inspectieondersteuning is verantwoordelijk voor:
-
a. het zorgdragen voor een effectieve en efficiënte bedrijfsvoering van de inspectie,
met uitzondering van de vaststelling van de formatie, voor periodieke evaluatie daarvan
en voor de planning en bewaking van de productie van de eigen directie;
-
b. het dynamisch archiefbeheer van de inspectie, te weten postbehandeling, registratie,
voortgang- en afdoeningsbewaking, dossierbeheer, informatievoorziening, selectie,
vernietiging en overdracht aan de directie Bedrijfsvoering van het ministerie, alsmede
het opstellen, vaststellen en onderhouden van het ordeningsplan van de inspectie;
-
c. de planning, administratie en control, waaronder mede begrepen het financiële beheer,
van de inspectie;
-
d. het voorbereiden van het jaarplan, het inspectieplan en het jaarverslag van de inspectie,
in samenwerking en afstemming met de overige directies van de inspectie;
-
e. het personeelsadvies en -beleid, de personeelsontwikkeling en het personeelsbeheer
van de inspectie;
-
f. de ondersteuning van de organisatieontwikkeling van de inspectie;
-
g. het facilitymanagement en het relatiemanagement met leveranciers van de inspectie,
en de afstemming daarover met de directie Bedrijfsvoering van het ministerie, alsmede
de beveiliging van personen en gebouwen;
-
h. het materieel beheer overeenkomstig de Regeling materieelbeheer rijksoverheid 2006 en de Regeling materieelbeheer museale voorwerpen;
-
i. het binnen de door de inspecteur-generaal gestelde kaders verzorgen van het informatiemanagement
en de informatievoorziening van de inspectie in brede zin, waaronder mede begrepen
de specifieke (beveiligings)eisen aan apparatuur voor, toegang tot de gebruiksruimten
door en gebruik van informatie door medewerkers, betrokken bij de opsporing, bedoeld
in artikel 10;
-
j. het verlenen van administratieve ondersteuning voor de werkzaamheden van de inspectie;
-
k. de administratieve en secretariële ondersteuning van de inspecteur-generaal, de directeuren
en de managers van de inspectie;
-
l. het ontvangen, beoordelen en doorgeleiden van ongevalsmeldingen en overige meldingen,
klachten signalen, ontheffingsverzoeken en vrijstellingsverzoeken naar de inhoudelijk
verantwoordelijke directie, met uitzondering van opsporingssignalen die rechtstreeks
worden ontvangen door de directie Opsporing;
-
m. het opstellen van boete- en bestuursdwangbeschikkingen van de inspectie in het kader
van toezicht en handhaving, en de executie van die beschikkingen;
-
n. het geven van waarschuwingen inzake stillegging van werkzaamheden in verband met recidive,
alsmede het voorbereiden en bekendmaken van beschikkingen tot stillegging van werkzaamheden
in verband met recidive;
-
o. de actieve openbaarmaking op grond van artikel 8 van de Wet openbaarheid van bestuur van inspectiegegevens bij zware of ernstige asbestovertredingen binnen de kaders
van het daaromtrent vastgestelde beleid.