a.
|
bloemkwekerijproducten:
|
-
I. siergewassen,
-
II. teeltmateriaal,
-
III. hydrocultuur,
-
IV. bloemzaden;
|
b.
|
extreme toegevoegde waarde:
|
inkoopwaarde van sierpotten/ijzerwerken, verfmateriaal voor het verven van bloemen
en luxe verpakkingen en of andere luxe verfraaiingen, met uitzondering van de arbeidskosten;
|
c.
|
hydrocultuur:
|
siergewassen die bestemd zijn voor gebruik in plantenbakken of potten, waarbij de
plant met zijn wortels houvast heeft in poreuze korrels in een bak of pot, met daarin
een laag water en voedingsstoffen;
|
d.
|
importeren:
|
bloemkwekerijproducten in Nederland invoeren of inklaren;
|
e.
|
invoerwaarde:
|
de CIF-waarde van de in Nederland ingeklaarde uit derde landen afkomstige bloemkwekerijproducten
met uitzondering van bloemzaden onder aftrek van:
-
I. luchtvrachtkosten boven EU-grondgebied volgens bijlage 25 bij Verordening (EEG) nr.
2454/93, en
-
II. CIF-waarde van bloemkwekerijproducten bestemd voor doorteelt binnen eigen bedrijf;
|
f.
|
kweken:
|
-
I. het ter verkrijging van een oogst brengen, hebben of houden in een al dan niet overdekt
groeimedium van bloemkwekerijproducten;
-
II. het ter bevordering van het verkrijgen van een oogst, verrichten van alle wijzen van
behandelen, bewerken, beschermen, bewaren en verzorgen van bloemkwekerijproducten;
-
III. het oogsten van bloemkwekerijproducten of
-
IV. het doen kweken van bloemkwekerijproducten;
|
g.
|
omzet:
|
het totaal van de bruto verkoopfactuurbedragen exclusief BTW van het zelfgekweekte
bloemkwekerijproduct onder aftrek van:
-
I. creditnota's, voorzover deze betrekking hebben op de verrekening van schade of kwaliteitsverlies
of indien deze achteraf zijn opgemaakt voor de verrekening van kwantumkortingen;
-
II. extreme toegevoegde waarde, voorzover deze onderdeel is van de omzet en aantoonbaar
in de administratie;
-
III. royalty's, voor de kwekersrechthouder voorzover dit inkomsten zijn en voor de vermeerderaar
voorzover hij als licentiehouder royalty's direct aan de kwekersrechthouder afdraagt;
en
-
IV. afschrijving van dubieuze debiteuren, voorzover deze in de jaarrekening zijn afgeschreven.
|
h.
|
ondernemer:
|
de natuurlijke of rechtspersoon die een onderneming drijft waarvoor het productschap
is ingesteld;
|
i.
|
siergewassen:
|
gewassen voor de sier in blad-, bloem- of vruchtdragende toestand in hun geheel of
gedeeltelijk, met uitzondering van:
-
I. winterharde houtgewassen in hun geheel voor zover niet vervroegd of verlaat, alsmede
kerstbomen zonder wortels en delen van winterharde houtgewassen welke voor vermeerdering
zijn bestemd;
-
II. voor zover in groene toestand de Japanse azalea's, alsmede variëteiten en hybriden
daarvan;
-
III. dahliastekken, begonia- en gloxiniaplantjes, uitsluitend bestemd voor de teelt van
knollen; en
-
IV. aquariumplanten en niet-levende bloemkwekerijproducten.
|
j.
|
teeltmateriaal:
|
planten en plantendelen met uitzondering van bloemzaden die bestemd zijn om voor de
teelt van bloemkwekerijproducten, of ter vermeerdering te dienen dan wel daartoe gebruikt
worden;
|
k.
|
veiling:
|
een organisatie die bemiddelt bij aan- en verkopen van bloemkwekerijproducten of teeltmateriaal.
|