Bijlage 1. behorende bij artikel 2 van de Regeling certificaten groen beroepsonderwijs
[Vervalt op 01-08-2022. Zie het overzicht van wijzigingen]
Toelichting bij bijlage 1
Certificeerbare Eenheid
De te hanteren benaming voor een certificeerbare eenheid is de benaming zoals vermeld
in artikel 1 van de Regeling certificaten groen beroepsonderwijs.
Kwalificatie
De te hanteren benaming voor een kwalificatie is de benaming zoals vermeld in het
Centraal register beroepsonderwijs. Als Crebocode dient te worden vermeld de in Crebo
opgenomen code van de betreffende kwalificatie.
Voor iedere certificeerbare eenheid van een kwalificatie die een examenkandidaat behaalt,
wordt een apart certificaat uitgegeven, tenzij de certificeerbare eenheid onderdeel
is van een afgeronde opleiding. In dat laatste geval worden de behaalde certificeerbare
eenheden op het diploma en/of resultatenlijst vermeld conform de Regeling modeldiploma mbo.
Kwalificatiedossier
De te hanteren benaming voor een kwalificatiedossier is de benaming zoals vermeld
in het Crebo. Als Crebocode dient te worden vermeld de in Crebo opgenomen code van
het betreffende kwalificatiedossier.
Niveau
Het niveau dat moet worden ingevuld, is het niveau van de kwalificatie, bijvoorbeeld
mbo-3.
Naam examenkandidaat
Op het certificaat wordt achter de zinsnede ‘De ondergetekenden verklaren dat’ de
officiële voornaam en de officiële achternaam van de examenkandidaat opgenomen, zoals
deze staan vermeld in de gemeentelijke basisadministratie. De officiële namen worden
volledig uitgeschreven.
Geboortedatum en -plaats
Achter ‘geboren’ wordt de geboortedatum vermeld en achter ‘te’ de geboorteplaats,
zoals deze staan vermeld in de gemeentelijke basisadministratie. Indien de geboorteplaats
buiten Nederland ligt, wordt achter de geboorteplaats het geboorteland vermeld. Indien
de geboorteplaats niet bekend is, wordt alleen het geboorteland vermeld.
Naamsvermelding instelling
Achter het woord ‘aan’ wordt steeds de naam van de instelling vermeld. De naam van
de instelling is de naam zoals geregistreerd in de Basisregistratie Instellingen (BRIN).
Ook wanneer het examen is uitbesteed aan een andere instelling of exameninstelling
dient de naam van de onderwijsinstelling waaraan de examenkandidaat is ingeschreven
te worden vermeld.
Wettelijke beroepsvereisten
Indien op grond van een andere (wettelijke) regeling dan de WEB een tekstpassage over wettelijke beroepsvereisten vermeld dient te worden op het
certificaat, dan is de instelling verplicht om de desbetreffende informatie op het
certificaat te vermelden.
Ondertekening
Het waardedocument wordt ondertekend door één of meer leden van de examencommissie
en door de examenkandidaat. De handtekeningen moeten feitelijk (met pen) geschreven
worden. Een gescande of gekopieerde handtekening is niet toegestaan. In het geval
van de examencommissie dienen de functie en de naam van de ondertekenaar(s) te worden
vermeld. De termen ‘(handtekening)’, ‘(naam)’ en ‘(functie)’ mogen worden weggelaten.
Boven de ondertekening dienen de plaats en datum waarop de ondertekening van het certificaat
door de examencommissie plaatsvindt te worden ingevuld.
Indien de onderwijsinstelling aan een andere instelling de examinering heeft uitbesteed,
dan dient de examencommissie van de instelling waaraan is uitbesteed het certificaat
te ondertekenen.
Extra informatie
Instellingen hebben de mogelijkheid om extra informatie op het certificaat te plaatsen.
Hierbij kan worden gedacht aan de vermelding van bijvoorbeeld de leerweg en de naam
van het leerbedrijf. Omwille van de herkenbaarheid van certificaten is het van belang
terughoudend te zijn bij het opnemen van extra informatie.