Uitkeringsregeling Backpay

Geraadpleegd op 30-11-2024.
Geldend van 25-12-2015 t/m heden

Regeling van de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 16 december 2015, kenmerk 889355-145649-DMO, houdende regels met betrekking tot het toekennen van een eenmalige uitkering aan hen die als ambtenaar of militair ten tijde van de Japanse bezetting van Nederlands-Indië in dienst waren van het Nederlands-Indisch Gouvernement en aan wie gedurende deze periode geen dan wel onvolledig salaris is uitbetaald (Uitkeringsregeling Backpay)

De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

Besluit:

Artikel 1. begripsbepalingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a) Minister: de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport;

  • b) Uitvoeringsorganisatie: de door de minister aan te wijzen organisatie die onderhavige regeling uitvoert;

  • c) Backpay: eenmalige uitkering van netto 25.000 euro – op morele gronden – als finale financiële tegemoetkoming voor niet uitbetaalde salarissen aan belanghebbende;

  • d) Belanghebbende: de persoon die als ambtenaar of militair ten tijde van de Japanse bezetting in dienst was van het Nederlands-Indisch Gouvernement en aan wie gedurende de Japanse bezetting in de periode van 8 maart 1942 tot 15 augustus 1945 geen dan wel niet volledig salaris is uitbetaald;

  • e) Aanvrager: diegene die overeenkomstig artikel 5 via de bevestigingsbrief verklaart dat hij belanghebbende is; of die overeenkomstig artikel 6 via het aanvraagformulier een aanvraag indient.

Artikel 3. recht op backpay

  • 1 Recht op backpay heeft de belanghebbende die:

    • a. op 15 augustus 2015 in leven was;

    • b. niet door de rechter is veroordeeld wegens collaboratie met de Japanners;

    • c. gedurende (een deel van) de Japanse bezetting niet de Japanse nationaliteit heeft bezeten.

  • 2 Indien de belanghebbende op of na 15 augustus 2015 is overleden hebben diens erfgenamen recht op backpay.

Artikel 4. ambtshalve toekenning

Indien de belanghebbende op basis van bronnenonderzoek van de uitvoeringsorganisatie naar het oordeel van de minister voldoet aan de criteria, bedoeld in artikel 3, onder a tot en met c, wordt de backpay ambtshalve toegekend.

Artikel 5. aanvraag via bevestigingsbrief

  • 1 Diegene die naar het oordeel van de minister kan worden aangemerkt als potentiële belanghebbende ontvangt een bevestigingsbrief die hij dient in te vullen en te retourneren indien aanvrager van mening is belanghebbende te zijn en te voldoen aan de criteria, bedoeld in artikel 3, onder a tot en met c. Potentiële belanghebbenden worden geselecteerd op basis van:

    • a. bij de uitvoeringsorganisatie beschikbare namen van potentiële belanghebbenden waarbij op grond van de beschikbare bronnen, voldoende aannemelijk is dat sprake was van een dienstverband met het Nederlands-Indisch Gouvernement;

    • b. waar lijkt dat wordt voldaan aan de criteria, bedoeld in artikel 3, onder a tot en met c.

  • 2 De bevestigingsbrief dient uiterlijk 1 januari 2017 ingevuld en ondertekend door de uitvoeringsorganisatie te zijn ontvangen. De minister kan deze termijn tot uiterlijk 1 januari 2018 verlengen.

  • 3 De aanvrager dient de gegevens te overleggen waarnaar in de bevestigingsbrief wordt gevraagd.

Artikel 6. aanvraag via aanvraagformulier

  • 1 Diegene die geen ambtshalve toekenning als bedoeld in artikel 4 of bevestigingsbrief als bedoeld in artikel 5 heeft ontvangen en van mening is belanghebbende te zijn en te voldoen aan de criteria, bedoeld in artikel 3, onder a tot en met c, kan een aanvraag indienen via het aanvraagformulier.

  • 2 Het aanvraagformulier dient uiterlijk 1 januari 2017 ingevuld en ondertekend door de uitvoeringsorganisatie te zijn ontvangen. De minister kan deze termijn tot uiterlijk 1 januari 2018 verlengen.

  • 3 De aanvrager dient de gegevens te overleggen waarnaar in het aanvraagformulier wordt gevraagd.

Artikel 7. hardheidsclausule

De minister kan in bijzondere gevallen tegemoetkomen aan onbillijkheden van overwegende aard, die zich naar het oordeel van de minister bij de toepassing van deze regeling mochten voordoen.

Artikel 8. overige procedure aanvraag backpay

  • 1 De aanvrager verleent via de bevestigingsbrief of het aanvraagformulier toestemming tot onderzoek naar en in de persoonlijke gegevens die van belang kunnen zijn voor de beoordeling van de aanvraag, zulks ter beoordeling van de uitvoeringsorganisatie.

  • 2 Desgevraagd of uit eigen beweging verstrekt de aanvrager aan de uitvoeringsorganisatie alle inlichtingen en verleent hij alle medewerking die van belang kunnen zijn voor de beoordeling van de aanvraag, een en ander ter beoordeling van de uitvoeringsorganisatie.

  • 3 Door ondertekening van de bevestigingsbrief of het aanvraagformulier verklaart de aanvrager dat hij bekend is met deze regeling en met de verplichtingen die deze regeling jegens hem in het leven roept.

  • 4 De ontvangst van de geretourneerde bevestigingsbrief of het aanvraagformulier zal schriftelijk binnen een maand aan de aanvrager worden bevestigd.

  • 5 De aanvragen zullen, waar mogelijk, in volgorde van ontvangst worden afgehandeld.

Artikel 9. besluit

  • 1 De minister neemt binnen dertien weken na ontvangst van de aanvraag een besluit inzake de toekenning van de backpay.

  • 2 Een besluit over het al dan niet toekennen van de backpay wordt schriftelijk aan de aanvrager medegedeeld en per post verzonden.

Artikel 10. intrekking

  • 1 Een besluit tot toekenning van backpay kan worden ingetrokken indien de aanvrager aan wie de backpay is toegekend onjuiste of onvolledige informatie heeft verschaft, waardoor de backpay ten onrechte is toegekend.

  • 2 Indien het besluit tot toekenning van backpay wordt ingetrokken en de uitkering van de backpay heeft plaatsgevonden, vordert de minister de backpay terug. Terugbetaling dient te geschieden binnen een periode van 12 maanden na intrekking van het besluit tot toekenning.

Artikel 12. inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking met ingang van de eerste dag na de datum van afgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De

Staatssecretaris

van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

M.J. van Rijn