Tijdelijke regeling cofinanciering projecten dienstverlening werkzoekenden en projecten samenwerking en regie arbeidsmarkt

[Regeling vervallen per 01-01-2019.]
Geraadpleegd op 17-11-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 07-12-2016.
Geldend van 07-12-2016 t/m 31-12-2018

Regeling van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 6 juni 2016, 2016-0000126068, houdende tijdelijke regels voor de cofinanciering van projecten om de dienstverlening aan werkzoekenden en de samenwerking in de arbeidsmarktregio's te stimuleren (Tijdelijke regeling cofinanciering projecten dienstverlening werkzoekenden en projecten samenwerking en regie arbeidsmarkt)

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

Gelet op de artikelen 3, eerste lid, en 5 van de Kaderwet SZW-subsidies;

Besluit:

Paragraaf 1. Algemene bepalingen

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

Artikel 1. Begripsbepalingen

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • activiteiten: werkzaamheden die tot realisatie van de doelen van het project leiden;

  • algemene opleiding: interne of externe opleiding, niet zijnde bedrijfsspecifieke training, met als oogmerk de leerling vakspecifieke beroepsvaardigheden aan te leren, die leidt tot een erkend diploma of een erkend certificaat;

  • ander beroep: ander beroep dan het beroep dat de werkzoekende werknemer of WW-gerechtigde voorheen uitoefende, voor zover dit beroep wordt uitgeoefend bij een andere werkgever, en in het geval van een WW-gerechtigde, bij een andere werkgever dan de werkgever waarbij de werkloosheid is ontstaan;

  • arbeidsmarktregio: arbeidsmarktregio die is opgenomen in bijlage 1 bij deze regeling;

  • arbeidsorganisatie: iedere organisatorische eenheid, ongeacht haar rechtsvorm, die economische activiteiten uitoefent;

  • cofinanciering: het deel van de kosten in de begroting van het project dat op grond van deze regeling wordt gesubsidieerd;

  • externe kosten: kosten die in rekening worden gebracht door derden voor het uitvoeren van de subsidiabele activiteiten;

  • kaderregeling: Kaderregeling subsidies OCW, SZW en VWS;

  • minister: Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid;

  • O&O-fonds: Opleidings- en Ontwikkelingsfonds, opgericht:

    • a. in een bij de minister aangemelde collectieve arbeidsovereenkomst, of

    • b. voor 1 januari 2016 en waarvan het bestuur paritair is samengesteld door partijen die een collectieve arbeidsovereenkomst hebben gesloten en die aangesloten zijn bij een centrale werkgeversorganisatie respectievelijk werknemersorganisatie als bedoeld in bijlage 3 respectievelijk bijlage 4 bij deze regeling;

  • project dienstverlening: project gericht op dienstverlening aan werkzoekende werknemers of WW-gerechtigden, die op het moment van aanvang van de activiteiten korter dan zes maanden een WW-uitkering ontvangen, met als doel het realiseren van betere en effectievere individuele dienstverlening gericht op de overgang van werk naar werk of van werkloosheid naar werk;

  • project samenwerking en regie arbeidsmarkt: project gericht op samenwerking tussen sectorale arbeidsmarktpartijen of sectorale en regionale arbeidsmarktpartijen met als doel het verbeteren van de samenwerking en het gezamenlijk vormgeven van het arbeidsmarktbeleid in een arbeidsmarktregio;

  • samenwerkingsverband: samenwerkingsverband bestaande uit ten minste twee arbeidsorganisaties, waarvan ten minste een O&O-fonds, een werkgeversorganisatie of een werknemersorganisatie;

  • scholing: een algemene opleiding om de vakspecifieke beroepsvaardigheden binnen een beroep te actualiseren of een algemene opleiding, die benodigd is om de werkzoekende werknemer of WW-gerechtigde in staat te stellen om een ander beroep uit te oefenen en de opleiding daartoe een adequaat middel is;

  • sector: sector die is opgenomen in bijlage 2 bij deze regeling;

  • werkgeversorganisatie: centrale werkgeversorganisatie als bedoeld in bijlage 3 bij deze regeling dan wel een vereniging met volledige rechtsbevoegdheid van werkgevers of een stichting die werkzaam is ten behoeve van werkgevers, die is aangesloten bij een centrale werkgeversorganisatie als bedoeld in bijlage 3 bij deze regeling;

  • werknemersorganisatie: centrale werknemersorganisatie als bedoeld in bijlage 4 bij deze regeling dan wel een vereniging met volledige rechtsbevoegdheid van werknemers of een stichting die werkzaam is ten behoeve van werknemers, die is aangesloten bij een centrale werknemersorganisatie als bedoeld in bijlage 4 bij deze regeling;

  • werkzoekende werknemer: natuurlijke persoon, jonger dan de pensioengerechtigde leeftijd, bedoeld in artikel 7a, eerste lid, van de Algemene Ouderdomswet, die op grond van een arbeidsovereenkomst, dan wel een aanstelling in openbare dienst, arbeid verricht als werknemer en werk zoekt als werknemer of zich richt op het worden van een zelfstandige zonder personeel;

  • WW-gerechtigde: persoon die recht heeft op een uitkering op grond van hoofdstuk II van de Werkloosheidswet;

  • UWV: Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen, genoemd in hoofdstuk 5 van de Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen.

Artikel 2. Toepassing Kaderregeling

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

Artikel 3. Subsidieverstrekking

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

De minister kan overeenkomstig deze regeling op aanvraag subsidie verstrekken voor de cofinanciering van projecten dienstverlening en projecten samenwerking en regie arbeidsmarkt.

Artikel 4. Subsidieplafond

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

  • 1 De minister stelt € 37.500.000 beschikbaar voor de cofinanciering van projecten dienstverlening en projecten samenwerking en regie arbeidsmarkt, welk bedrag wordt onderverdeeld in door de minister vast te stellen aanvraagtijdvakken met voor de aanvraagtijdvakken afzonderlijk vast te stellen subsidieplafonds per type project.

  • 2 De mogelijkheid tot het indienen van een subsidieaanvraag bestaat slechts gedurende de door de minister vastgestelde aanvraagtijdvakken.

Artikel 5. Aanvraagtijdvakken

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

  • 1 Het eerste aanvraagtijdvak loopt vanaf 15 juli 2016 tot en met 30 september 2016.

  • 2 Het subsidieplafond voor het aanvraagtijdvak, bedoeld in het eerste lid, bedraagt:

    • a. voor projecten dienstverlening: € 10.800.000;

    • b. voor projecten samenwerking en regie arbeidsmarkt: € 7.950.000.

  • 3 Na het in het eerste lid genoemde aanvraagtijdvak volgt nog een tweede aanvraagtijdvak. De minister doet vooraf in de Staatscourant mededeling van het openen van het tweede aanvraagtijdvak met per type project een vermelding van het subsidieplafond voor dat aanvraagtijdvak.

Artikel 6. Wijze van verdeling beschikbare middelen

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

  • 1 De minister verdeelt het beschikbare bedrag per type project per aanvraagtijdvak in de volgorde van ontvangst van de aanvragen, met dien verstande dat wanneer de subsidieaanvrager krachtens artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht de gelegenheid heeft gehad de aanvraag aan te vullen, de dag waarop de aanvraag volledig is aangevuld, met betrekking tot de verdeling, als datum van ontvangst geldt.

  • 2 Alleen een volledige subsidieaanvraag wordt in behandeling genomen. Van een volledige subsidieaanvraag is sprake wanneer wordt voldaan aan de specifieke eisen, genoemd in artikel 9, alsmede aan de voorwaarden, genoemd in artikel 3.3 van de kaderregeling.

Artikel 7. Mandaat directeur Agentschap SZW

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

  • 1 Aan de directeur van het Agentschap SZW wordt mandaat verleend tot het nemen van besluiten met betrekking tot de uitvoering van deze regeling, met uitzondering van de bevoegdheid om te beslissen op bezwaarschriften voor zover het besluit waartegen het bezwaar zich richt, door hem in mandaat is genomen.

  • 2 De directeur van het Agentschap SZW kan de bevoegdheid, bedoeld in het eerste lid, in een door hem te bepalen omvang mandateren aan onder hem ressorterende functionarissen, met uitzondering van de bevoegdheid om te beslissen op bezwaarschriften.

Paragraaf 2. Subsidieverlening

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

Artikel 8. Subsidieaanvraag

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

  • 1 Het aangevraagde subsidiebedrag bedraagt ten minste € 125.000 en ten hoogste € 2.000.000.

  • 2 De subsidieaanvraag wordt gedaan middels een namens de minister verstrekt elektronisch aanvraagformulier.

  • 3 Door het indienen van een subsidieaanvraag stemt de subsidieaanvrager er mee in dat het subsidiedossier met uitzondering van persoonsgegevens openbaar wordt gemaakt.

Artikel 9. Specifieke eisen subsidieaanvraag

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

  • 1 Bij de subsidieaanvraag wordt in ieder geval aangegeven:

    • a. of het een aanvraag betreft voor een project dienstverlening of een project samenwerking en regie arbeidsmarkt;

    • b. waarom de activiteiten verondersteld worden doelmatig en doeltreffend te zijn;

    • c. op welke wijze de activiteiten aanvullend zijn op soortgelijke werkzaamheden die worden uitgevoerd door UWV, gemeenten, de subsidieaanvrager of, indien sprake is van een samenwerkingsverband, een andere partij die onderdeel is van het samenwerkingsverband; en

    • d. op welke wijze de activiteiten met UWV en gemeenten zijn afgestemd.

  • 2 Indien sprake is van een samenwerkingsverband verstrekt de subsidieaanvrager bij de subsidieaanvraag een samenwerkingsovereenkomst die in ieder geval is ondertekend door alle partijen die onderdeel zijn van het samenwerkingsverband en waarin een schriftelijke machtiging is opgenomen waaruit blijkt dat de subsidieaanvrager gemachtigd is het samenwerkingsverband in en buiten rechte te vertegenwoordigen.

  • 3 De subsidieaanvrager stelt een uittreksel van de Kamer van Koophandel beschikbaar, waaruit blijkt wie tekenbevoegd is en, bij het optreden van een tekenbevoegde die niet als zodanig is aangemerkt in het uittreksel, een machtiging tot diens tekenbevoegdheid.

  • 4 De subsidieaanvraag wordt niet in behandeling genomen als de subsidieaanvrager in hetzelfde aanvraagtijdvak reeds meerdere aanvragen heeft ingediend voor het type project waarvoor de aanvraag is ingediend, en die aanvragen op grond van deze regeling geheel of gedeeltelijk zijn toegekend en gezamenlijk een subsidiebedrag van ten minste € 4.000.000 belopen.

  • 5 Indien een aanvraag wordt ingediend door een stichting die werkzaam is ten behoeve van werkgevers of ten behoeve van werknemers, wordt bij de aanvraag een document gevoegd dat is ondertekend door een centrale werkgevers- of werknemersorganisatie als bedoeld in bijlage 3 of 4 waarbij deze stichting is aangesloten.

Artikel 10. Subsidieverlening

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

  • 1 De minister besluit binnen 13 weken na ontvangst van de volledige subsidieaanvraag.

  • 2 De beschikking tot subsidieverlening vermeldt de datum waarop de subsidiabele activiteiten uiterlijk zijn verricht. Deze datum ligt niet na 31 december 2018.

  • 3 Aan de beschikking tot subsidieverlening kunnen nadere verplichtingen worden verbonden.

Artikel 11. Specifieke weigeringsgronden

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

Onverminderd artikel 4:35 van de Algemene wet bestuursrecht kan de subsidieverlening in ieder geval geheel of gedeeltelijk worden geweigerd, indien:

  • a. de subsidieaanvraag niet voldoet aan de daaraan bij en krachtens deze regeling gestelde eisen;

  • b. voor de activiteiten waarvoor cofinanciering wordt aangevraagd, reeds aanspraak bestaat op subsidie uit anderen hoofde;

  • c. de beoogde activiteiten en resultaten onvoldoende objectief meetbaar zijn geformuleerd;

  • d. onvoldoende is aangetoond dat de activiteiten aanvullend zijn op soortgelijke werkzaamheden die worden uitgevoerd door UWV, gemeenten, de subsidieaanvrager of, indien sprake is van een samenwerkingsverband, een andere partij die onderdeel is van het samenwerkingsverband;

  • e. onvoldoende is aangetoond dat de activiteiten met UWV en gemeenten zijn afgestemd;

  • f. de kosten voor de activiteiten niet in redelijke verhouding staan tot de beoogde resultaten;

  • g. onvoldoende is aangetoond hoe de activiteiten gefinancierd worden;

  • h. onvoldoende is aangetoond dat cofinanciering noodzakelijk is voor het uitvoeren van de activiteiten waarvoor cofinanciering is aangevraagd;

  • i. onvoldoende zekerheid bestaat over de eigen financiering van de kosten van de activiteiten en indirecte kosten;

  • j. de eigen financiering van de subsidiabele activiteiten voor meer dan 50 procent bestaat uit een bijdrage van provincies of gemeenten; of

  • k. voor dezelfde arbeidsmarktregio of sector reeds voldoende aanvragen voor het type project, waarvoor de subsidieaanvraag is ingediend, geheel of gedeeltelijk zijn toegekend.

Paragraaf 3. Project dienstverlening

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

Artikel 12. Subsidieaanvrager

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

Subsidie voor een project dienstverlening kan worden aangevraagd door:

  • a. een O&O-fonds;

  • b. een werkgeversorganisatie;

  • c. een werknemersorganisatie; of

  • d. een O&O-fonds, werkgeversorganisatie of werknemersorganisatie, welke deel uitmaakt van een samenwerkingsverband.

Artikel 13. Subsidiabele activiteiten

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

  • 1 De minister kan binnen de doelstellingen van een project dienstverlening subsidie verstrekken voor:

    • a. activiteiten die gericht zijn op het bieden van ondersteuning bij ontslag en de aanvraag van een WW-uitkering aan met ontslag bedreigde werknemers als bedoeld in artikel 30a, eerste lid, onderdeel b, van de Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen;

    • b. activiteiten die gericht zijn op het bieden van ondersteuning bij de oriëntatie op loopbaan- of werkmogelijkheden aan werkzoekende werknemers of WW-gerechtigden die op het moment van aanvang van de activiteiten korter dan zes maanden een WW-uitkering ontvangen; of

    • c. activiteiten die gericht zijn op het bieden van scholing aan werkzoekende werknemers of WW-gerechtigden die op het moment van aanvang van de activiteiten korter dan zes maanden een WW-uitkering ontvangen.

Paragraaf 4. Project samenwerking en regie arbeidsmarkt

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

Artikel 14. Subsidieaanvrager

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

Subsidie voor een project samenwerking en regie arbeidsmarkt kan worden aangevraagd door een O&O-fonds, werkgeversorganisatie of werknemersorganisatie, welke deel uitmaakt van een samenwerkingsverband.

Artikel 15. Subsidiabele activiteiten

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

  • 1 De minister kan binnen de doelstellingen van een project samenwerking en regie arbeidsmarkt subsidie verstrekken voor:

    • a. activiteiten die gericht zijn op het ontwikkelen van samenwerkingsverbanden tussen sectorale arbeidsmarktpartijen of sectorale en regionale arbeidsmarktpartijen in een arbeidsmarktregio;

    • b. activiteiten die gericht zijn op het binnen het samenwerkingsverband verzamelen en uitwisselen van arbeidsmarktinformatie; of

    • c. activiteiten die gericht zijn op het ontwikkelen van gezamenlijk arbeidsmarktbeleid op regionaal of bovenregionaal niveau.

Paragraaf 5. Subsidiabele kosten

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

Artikel 16. Subsidiabele kosten

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

  • 1 Voor subsidie komen in aanmerking:

    • a. loonkosten voor zover deze berekend zijn op basis van het aantal werkelijk gerealiseerde uren tegen een individueel berekend uurtarief op basis van het brutoloon, vermeerderd met een percentage van 32 procent van dit brutoloon, en waarbij bij de bepaling van de loonkosten per uur een norm wordt gehanteerd van 1.720 uur bij een dienstverband van 40 uur per week of het maximaal aantal werkbare uren gebaseerd op afspraken in de betreffende cao;

    • b. vergoedingen of verstrekkingen aan de vrijwilliger, bedoeld in artikel 2, zesde lid, van de Wet op de loonbelasting 1964 voor zover het gezamenlijke bedrag van de vergoedingen en verstrekkingen niet meer bedraagt dan de aldaar genoemde bedragen;

    • c. externe kosten; en

    • d. een toeslag van 15 procent op de kosten, bedoeld in de onderdelen a, b en c.

  • 2 De kosten, bedoeld in het eerste lid, onderdelen a, b en c, zijn door of op verzoek van de subsidieontvanger daadwerkelijk gemaakt en betaald, ten laste van het project gebleven en rechtstreeks aan de uitvoering van het project toe te rekenen.

  • 3 Alleen kosten als bedoeld in het eerste lid die zijn gemaakt vanaf het moment dat het aanvraagtijdvak waarin de subsidieaanvraag is ingediend, is geopend, komen voor subsidie in aanmerking.

Artikel 17. Niet-subsidiabele kosten

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

Niet voor subsidie komen in aanmerking:

  • a. onredelijk gemaakte kosten ter uitvoering van de activiteiten;

  • b. kosten die naar het oordeel van de minister qua prijsniveau niet in een redelijke verhouding staan tot de overeengekomen prestaties;

  • c. kosten van inkomensvervangende betalingen of uitkeringen aan deelnemers, niet zijnde loonbetalingen;

  • d. kosten van activiteiten die de mededinging ongunstig kunnen beïnvloeden;

  • e. externe kosten, indien:

    • 1°. geen transparante, objectieve en niet-discriminatoire aanbestedingsprocedure heeft plaatsgevonden; of

    • 2°. niet ten minste drie offertes zijn aangevraagd, indien deze kosten meer bedragen dan € 50.000; en

  • f. in rekening gebrachte btw, tenzij de subsidieontvanger niet btw-plichtig is.

Paragraaf 6. Verplichting van de subsidieontvanger ten aanzien van de uitvoering van een project

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

Artikel 18. Verplichting starten uitvoering

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

De subsidieontvanger start binnen zes maanden na het verlenen van de subsidie met de uitvoering van de subsidiabele activiteiten.

Paragraaf 7. Subsidieverstrekking en verantwoording

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

Artikel 19. Hoogte van de subsidie

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

De subsidie bedraagt 60 procent van de subsidiabele kosten, doch ten hoogste het in de beschikking tot subsidieverlening vermelde maximumbedrag.

Artikel 20. Kosten terugvordering en wettelijke rente

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

Bij terugvordering van onverschuldigd betaalde subsidiebedragen of voorschotten kan de subsidieontvanger aansprakelijk worden gesteld voor de met de terugvordering verband houdende kosten. Tevens kan in dat geval overgegaan worden tot het berekenen van de wettelijke rente.

Artikel 21. Bevoorschotting

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

  • 1 Na verlening van de subsidie kan een voorschot van 10 procent van het in de beschikking tot subsidieverlening vermelde subsidiebedrag worden verstrekt.

  • 2 Iedere periode van zes maanden na verlening van het eerste voorschot, kan op basis van het in de subsidiebeschikking bepaalde tijdpad een tussentijds voorschot worden verstrekt, tot een maximum van 80 procent van het in de beschikking tot subsidieverlening vermelde subsidiebedrag.

  • 3 De subsidieontvanger doet binnen twee maanden na afloop van de periode van zes maanden waarvoor een voorschot is verleend melding aan de minister, als:

    • a. de subsidiabele kosten in die periode 75 procent of minder bedragen dan de in de subsidiebeschikking vermelde subsidiabele kosten voor die periode; en

    • b. de voorschotten per periode van twaalf maanden gemiddeld € 200.000 of meer bedragen.

  • 4 Een voorschot kan slechts worden toegekend, indien:

    • a. de subsidieaanvrager op het aanvraagformulier, bedoeld in artikel 8, tweede lid, heeft aangegeven een voorschot te willen ontvangen;

    • b. de subsidieaanvrager een liquiditeitsprognose heeft overgelegd; en

    • c. de subsidieaanvrager of, indien sprake is van een samenwerkingsverband, een of meerdere andere partijen die onderdeel uitmaken van het samenwerkingsverband, zich garant heeft of hebben gesteld voor ten minste 80 procent van het aangevraagde subsidiebedrag.

Artikel 22. Administratie

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

  • 1 De administratie van de subsidieontvanger is voor controle beschikbaar op één locatie.

  • 2 De administratie bevat een overzicht van de KvK-nummers van alle entiteiten die deelnemen aan het project, onder vermelding van de subsidiabele activiteiten waaraan is deelgenomen.

Artikel 23. Aanvraag subsidievaststelling

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

  • 1 De aanvraag tot vaststelling van een subsidie wordt gedaan middels een namens de minister verstrekt elektronisch formulier.

  • 2 Bij een project dienstverlening of een project samenwerking en regie arbeidsmarkt waarbij activiteiten als bedoeld in artikel 13, eerste lid, aanhef en onderdelen a tot en met c, worden verricht, legt de subsidieontvanger bij de aanvraag tot vaststelling van een subsidie het burgerservicenummer van de deelnemers aan het project over.

Paragraaf 8. Overige en slotbepalingen

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

Artikel 24. Evaluatie

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

De minister draagt zorg voor de evaluatie van de uitvoering van de projecten op grond van deze regeling en de doeltreffendheid en doelmatigheid daarvan.

Artikel 25. Inwerkingtreding en vervaldatum

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

  • 1 Deze regeling treedt in werking met ingang van 15 juli 2016 en vervalt met ingang van 1 januari 2019.

  • 2 In afwijking van het eerste lid blijft deze regeling, zoals die luidde op 31 december 2018, van toepassing op de afwikkeling van verleende subsidies op grond van deze regeling.

Artikel 26. Citeertitel

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

Deze regeling wordt aangehaald als: Tijdelijke regeling cofinanciering projecten dienstverlening werkzoekenden en projecten samenwerking en regie arbeidsmarkt.

Deze regeling zal met de toelichting en de bijlagen in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 6 juni 2016

De

Minister

van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

L.F. Asscher

Bijlage 1. bij artikel 1 van de Tijdelijke regeling cofinanciering projecten dienstverlening werkzoekenden en projecten samenwerking en regie arbeidsmarkt: arbeidsmarktregio’s

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

 

Arbeidsmarktregio:

Gemeenten:

1

Groningen

Aa en Hunze, Appingedam, Assen, Bedum, Bellingwedde, De Marne, Delfzijl, Eemsmond, Groningen, Grootegast, Haren, Hoogezand-Sappemeer, Leek, Loppersum, Marum, Menterwolde, Noordenveld, Oldambt, Pekela, Slochteren, Stadskanaal, Ten Boer, Tynaarlo, Veendam, Vlagtwedde, Winsum, Zuidhorn

2

Friesland

Achtkarspelen, Ameland, Dantumadiel, De Friese Meren, Dongeradeel, Ferwerderadiel, Franekeradeel, Harlingen, Heerenveen, Het Bildt, Kollumerland en Nieuwkruisland, Leeuwarden, Leeuwarderadeel, Littenseradiel, Menameradiel, Ooststellingwerf, Opsterland, Schiermonnikoog, Smallingerland, Súdwest Fryslân, Terschelling, Tytsjerksteradiel, Vlieland, Weststellingwerf

3

Noord-Holland Noord

Alkmaar, Bergen NH, Castricum, Den Helder, Drechterland, Enkhuizen, Heerhugowaard, Heiloo, Hollands Kroon, Hoorn, Koggenland, Langedijk, Medemblik, Opmeer, Schagen, Stede Broec, Texel

4

Drenthe

Borger-Odoorn, Coevorden, De Wolden, Emmen, Hoogeveen, Midden-Drenthe

5

Regio Zwolle

Dalfsen, Hardenberg, Hattem, Heerde, Kampen, Meppel Oldebroek, Ommen, Raalte, Staphorst, Steenwijkerland, Westerveld, Zwartewaterland, Zwolle

6

Flevoland

Almere, Dronten, Lelystad, Noordoostpolder, Urk

7

Zaanstreek/Waterland

Beemster, Edam-Volendam, Landsmeer, Oostzaan, Purmerend, Waterland, Wormerland, Zaanstad

8

Zuid-Kennemerland en IJmond

Beverwijk, Bloemendaal, Haarlem, Haarlemmerliede en Spaarnwoude, Heemskerk, Heemstede, Uitgeest, Velsen, Zandvoort

9

Twente

Almelo, Borne, Dinkelland, Enschede, Haaksbergen, Hellendoorn, Hengelo, Hof van Twente, Losser, Oldenzaal, Rijssen-Holten, Tubbergen, Twenterand, Wierden

10

Groot Amsterdam

Aalsmeer, Amstelveen, Amsterdam, De Ronde Venen, Diemen, Haarlemmermeer, Ouder-Amstel, Uithoorn

11

Stedendriehoek en Noordwest Veluwe

Apeldoorn, Brummen, Deventer, Elburg, Epe, Ermelo, Harderwijk, Lochem, Nunspeet, Olst-Wijhe, Putten, Voorst, Zeewolde, Zutphen

12

Gooi en Vechtstreek

Blaricum, Eemnes, Gooise Meren, Hilversum, Huizen, Laren, Weesp, Wijdemeren

13

Holland Rijnland

Alphen aan den Rijn, Hillegom, Kaag en Braassem, Katwijk, Leiden, Leiderdorp, Lisse, Nieuwkoop, Noordwijk, Noordwijkerhout, Oegstgeest, Teylingen, Zoeterwoude

14

Midden-Utrecht

Bunnik, De Bilt, Houten, IJsselstein, Lopik, Montfoort, Nieuwegein, Oudewater, Stichtse Vecht, Utrecht, Utrechtse Heuvelrug, Vianen, Wijk bij Duurstede, Woerden, Zeist

15

Amersfoort

Amersfoort, Baarn, Bunschoten, Leusden, Nijkerk, Soest, Woudenberg

16

FoodValley

Barneveld, Ede, Renkum, Renswoude, Rhenen, Scherpenzeel, Veenendaal, Wageningen

17

Achterhoek

Aalten, Berkelland, Bronckhorst, Doetinchem, Montferland, Oost Gelre, Oude IJsselstreek, Winterswijk

18

Zuid-Holland Centraal

Lansingerland, Leidschendam-Voorburg, Pijnacker-Nootdorp, Voorschoten, Wassenaar, Zoetermeer

19

Midden-Holland

Bodegraven-Reeuwijk, Gouda, Krimpenerwaard, Waddinxveen

20

Haaglanden

Delft, ’s-Gravenhage, Midden-Delfland, Rijswijk, Westland

21

Midden-Gelderland

Arnhem, Doesburg, Duiven, Lingewaard, Overbetuwe, Rheden, Rijnwaarden, Rozendaal, Westervoort, Zevenaar

22

Rijnmond

Albrandswaard, Barendrecht, Binnenmaas, Brielle, Capelle aan den IJssel, Cromstrijen, Goeree-Overflakkee, Hellevoetsluis, Korendijk, Krimpen aan den IJssel, Maassluis, Nissewaard, Oud-Beijerland, Ridderkerk, Rotterdam, Schiedam, Strijen, Vlaardingen, Westvoorne, Zuidplas

23

Rivierenland

Buren, Culemborg, Geldermalsen, Maasdriel, Neder-Betuwe, Neerijnen, Tiel, West Maas en Waal, Zaltbommel

24

Gorinchem

Giessenlanden, Gorinchem, Hardinxveld-Giessendam, Leerdam, Lingewaal, Molenwaard, Zederik

25

Rijk van Nijmegen

Beuningen, Druten, Groesbeek, Heumen, Mook en Middelaar, Nijmegen, Wijchen

26

Drechtsteden

Alblasserdam, Dordrecht, Hendrik-Ido-Ambacht, Papendrecht, Sliedrecht, Zwijndrecht

27

Noordoost-Brabant

Bernheze, Boekel, Boxmeer, Boxtel, Cuijk, Grave, Haaren, ’s-Hertogenbosch, Landerd, Mill en Sint Hubert, Oss, Schijndel, Sint Anthonis, Sint-Michielsgestel, Sint-Oedenrode, Uden, Veghel, Vught

28

West-Brabant

Aalburg, Bergen op Zoom, Breda, Drimmelen, Etten-Leur, Geertruidenberg, Halderberge, Moerdijk, Oosterhout, Roosendaal, Rucphen, Steenbergen, Werkendam, Woensdrecht, Woudrichem, Zundert

29

Zeeland

Borsele, Goes, Hulst, Kapelle, Middelburg, Noord-Beveland, Reimerswaal, Schouwen-Duiveland, Sluis, Terneuzen, Tholen, Veere, Vlissingen

30

Midden-Brabant

Alphen-Chaam, Baarle-Nassau, Dongen, Gilze en Rijen, Goirle, Heusden, Hilvarenbeek, Loon op Zand, Oisterwijk, Tilburg, Waalwijk

31

Noord-Limburg

Beesel, Bergen (L), Gennep, Horst aan de Maas, Peel en Maas, Venlo, Venray

32

Helmond-De Peel

Asten, Deurne, Geldrop-Mierlo, Gemert-Bakel, Helmond, Laarbeek, Someren

33

Zuidoost-Brabant

Bergeijk, Best, Bladel, Cranendonck, Eersel, Eindhoven, Heeze-Leende, Nuenen CA, Oirschot, Reusel-De Mierden, Son en Breugel, Valkenswaard, Veldhoven, Waalre

34

Midden-Limburg

Echt-Susteren, Leudal, Maasgouw, Nederweert, Roerdalen, Roermond, Weert

35

Zuid-Limburg

Beek, Brunssum, Eijsden-Margraten, Gulpen-Wittem, Heerlen, Kerkrade, Landgraaf, Maastricht, Meerssen, Nuth, Onderbanken, Schinnen, Simpelveld, Sittard-Geleen, Stein, Vaals, Valkenburg aan de Geul, Voerendaal

Bijlage 2. bij artikel 1 van de Tijdelijke regeling cofinanciering projecten dienstverlening werkzoekenden en projecten samenwerking en regie arbeidsmarkt: sectorindeling

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

Indeling naar sector

  • 1. Landbouw, bosbouw, visserij en delfstoffenwinning

    • Landbouw, veehouderij, jacht en dienstverlening voor de landbouw en jacht

    • Bosbouw, exploitatie van bossen en dienstverlening voor de bosbouw

    • Winning van aardolie en aardgas

    • Winning van delfstoffen (geen olie en gas)

    • Dienstverlening voor de winning van delfstoffen

  • 2 Procesindustrie

    • Vervaardiging van voedingsmiddelen

    • Vervaardiging van dranken

    • Vervaardiging van tabaksproducten

    • Vervaardiging van cokesoven producten en aardolieverwerking

    • Vervaardiging van chemische producten

    • Vervaardiging van farmaceutische producten en grondstoffen

    • Vervaardiging van producten van rubber en kunststof

    • Vervaardiging van overige niet-metaalhoudende minerale producten

  • 3 Metalektro en metaalnijverheid, vervaardiging van:

    • Metalen in primaire vorm

    • Producten van metaal

    • Computers en elektronische en optische apparatuur

    • Elektrische apparatuur

    • Overige machines en apparaten

    • Auto’s, aanhangwagens en opleggers

    • Overige transportmiddelen

  • 4 Overige industrie, energievoorziening, waterbedrijven en afvalbeheer

    • Vervaardiging van kleding

    • Vervaardiging van leer, lederwaren en schoenen

    • Primaire houtbewerking en vervaardiging van artikelen van hout, kurk, riet en vlechtwerk (geen meubels)

    • Vervaardiging van papier, karton en papier- en kartonwaren

    • Drukkerijen, reproductie van opgenomen media

    • Vervaardiging van meubels

    • Vervaardiging van overige goederen

    • Reparatie en installatie van machines en apparaten

    • Productie en distributie van en handel in elektriciteit, aardgas, stoom en gekoelde lucht

    • Winning en distributie van water; afval- en afvalwaterbeheer en sanering

  • 5. Bouwnijverheid en bouwinstallatie

    • Algemene burgerlijke en utiliteitsbouw en projectontwikkeling

    • Grond-, water- en wegenbouw (geen grondverzet)

    • Gespecialiseerde werkzaamheden in de bouw

  • 6. Handel in en reparatie van auto’s, motorfietsen en aanhangers

  • 7. Groothandel en handelsbemiddeling, excl. auto’s en motorfietsen

  • 8. Detailhandel, niet in auto’s en motorfietsen

  • 9. Vervoer en opslag

    • Vervoer over land,

    • Vervoer over water

    • Luchtvaart

    • Opslag en dienstverlening voor vervoer

    • Post en koeriers

  • 10. Horeca, catering en verblijfsrecreatie

    • Logiesverstrekking (hotels, vakantieparken, kampeerterreinen)

    • Eet- en drinkgelegenheden (café’s, restaurants, kantines en catering)

  • 11. Informatie en communicatie

    • Uitgeverijen

    • Productie en distributie van films en televisieprogramma´s; maken en uitgeven van geluidsopnamen

    • Verzorgen en uitzenden van radio- en televisieprogramma's

    • Telecommunicatie

    • Dienstverlenende activiteiten op het gebied van informatietechnologie

    • Dienstverlenende activiteiten op het gebied van informatie

  • 12. Financiële dienstverlening

    • Financiële instellingen (geen verzekeringen en pensioenfondsen)

    • Verzekeringen en pensioenfondsen (geen verplichte sociale verzekeringen)

    • Overige financiële dienstverlening

  • 13. Arbeidsbemiddeling, uitzendbureaus en personeelsbeheer

  • 14 Facility management, reiniging en landschapsverzorging

  • 15. Overig verhuur en overige zakelijke diensten

    • Verhuur van en handel in onroerend goed

    • Rechtskundige dienstverlening, accountancy, belastingadvisering en administratie

    • Holdings (geen financiële), concerndiensten binnen eigen concern en managementadvisering

    • Architecten, ingenieurs en technisch ontwerp en advies; keuring en controle

    • Speur- en ontwikkelingswerk

    • Reclame en marktonderzoek

    • Industrieel ontwerp en vormgeving, fotografie, vertaling en overige consultancy

    • Veterinaire dienstverlening

    • Verhuur en lease van auto's, consumentenartikelen, machines en overige roerende goederen

    • Reisbemiddeling, reisorganisatie, toeristische informatie en reserveringsbureaus

    • Beveiliging en opsporing

    • Overige zakelijke dienstverlening

  • 16. Openbaar bestuur, overheidsdiensten en verplichte sociale verzekeringen

  • 17. Onderwijs

    • Primair en speciaal onderwijs

    • Voortgezet onderwijs

    • Middelbaar beroepsonderwijs en educatie

    • Tertiair onderwijs

    • Overig onderwijs (sport, cultuur, autorijscholen, afstandsonderwijs, bedrijfsopleiding en – training)

  • 18. Zorg

    • Ziekenhuizen

    • verpleging en verzorging

    • Geestelijke gezondheidszorg

    • Gehandicaptenzorg

    • Thuiszorg

    • Overige zorg: (para)medische praktijken, gezondheidscentra

  • 19. Welzijn

    • Jeugdhulp

    • Kinderopvang/peuterspeelzalen

    • Maatschappelijke opvang, sociaal-cultureel werk, maatschappelijk werk en overig welzijn

  • 20. Cultuur, sport en recreatie

    • Kunst

    • Culturele uitleencentra, openbare archieven, musea, dieren- en plantentuinen, natuurbehoud

    • Loterijen en kansspelen

    • Sport en recreatie

  • 21. Overige dienstverlening, huishoudens en extraterritoriale organisaties

    • Levensbeschouwelijke en politieke organisaties, belangen- en ideële organisaties, hobbyclubs

    • Reparatie van computers en consumentenartikelen

    • Wellness en overige dienstverlening; uitvaartbranche

    • Huishoudens als werkgever van huishoudelijk personeel

    • Niet-gespecificeerde productie van goederen en diensten door particuliere huishoudens voor eigen gebruik

    • Extraterritoriale organisaties en lichamen

Bijlage 3. bij artikel 1 van de Tijdelijke regeling cofinanciering projecten dienstverlening werkzoekenden en projecten samenwerking en regie arbeidsmarkt: centrale werkgeversorganisaties

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

Vereniging VNO-NCW

Koninklijke Vereniging MKB-Nederland

Vereniging Land- en Tuinbouworganisatie Nederland

VSO werkgevers

Bijlage 4. bij artikel 1 van de Tijdelijke regeling cofinanciering projecten dienstverlening werkzoekenden en projecten samenwerking en regie arbeidsmarkt: centrale werknemersorganisaties

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

Vereniging FNV

Vereniging CNV

Vereniging VCP