Wet van 22 december 2005 tot wijziging van de Algemene Ouderdomswet, Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening
jonggehandicapten, de Wet financiering sociale verzekeringen en de Wet op de huurtoeslag
en enige andere wetten in verband met het toekennen van tegemoetkomingen aan personen
die een uitkering ontvangen op grond van de Algemene Ouderdomswet of de Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening
jonggehandicapten en enkele aanpassingen in de berekening van de uitkeringen
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is toekenning van tegemoetkomingen
aan personen die een uitkering ontvangen op grond van de Algemene Ouderdomswet of de Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten bij wet te regelen en in verband daarmee te voorkomen, dat deze doorwerkt bij de
vaststelling van de huurtoeslag, de bijzondere bijdrage in de huurlasten en de eigenwoningbijdrage;
Dat het voorts wenselijk is in verband met de invoering van de Zorgverzekeringswet de bepaling over het vaststellen van het netto-minimumloon en het bruto-ouderdomspensioen
aan te passen;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal,
hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze: