Algemeen: het onderzoek bestaat grotendeels uit literatuuronderzoek. Veelal wordt
bepaald wat voor soort (vuur)wapen het onderzoeksobject is (pistool, revolver, etc.),
welke munitie er voor bestemd is (bijvoorbeeld zwartkruit of rookzwakkruit), wanneer
het is gemaakt (bijvoorbeeld voor 1870 of voor 1945, twee jaartallen die worden genoemd
in de RWM), of bepaalde wapenonderdelen ‘specifiek bestemd en van wezenlijke aard’ zijn. Hierbij
wordt, indien mogelijk, het (vuur)wapen vergeleken met bekende referentiewapens.
Als het van belang is om vast te stellen of met een vuurwapen zwartkruit is verschoten
kan chemisch onderzoek worden (laten) uitgevoerd. Een leeftijdsbepaling wordt doorgaans
gedaan door een analyse van de technieken die zijn gebruikt bij het fabriceren van
het wapen, technische karakteristieken, stilistische kenmerken, gebruikte materialen
en eventuele markeringen.
Aan de Wet Wapens en Munitie gerelateerd wapentechnisch onderzoek
Naast het genoemde literatuuronderzoek is een beschouwend wapentechnisch onderzoek
meestal noodzakelijk. Bij een wapentechnisch onderzoek gerelateerd aan de WWM wordt een (vuur)wapen onderzocht op originaliteit, deugdelijkheid, gebreken en mogelijke
wijzigingen bijvoorbeeld in het licht van de categorie-indeling van de WWM, de vrijstellingsgronden
van de RWM of de voorwaarden voor het verstrekken van een verlof van de CWM.
Het te onderzoeken (vuur)wapen wordt, indien noodzakelijk, getest op een goede werking
waarbij in acht wordt genomen dat het (vuur)wapen mogelijk legaal in bezit is en dus
eventueel teruggegeven zal moeten worden aan de rechtmatige eigenaar.
Rechtsdomein: strafrecht en bestuursrecht.